De VOORZITTER: Behoefte aan hoofdelijke stemming? Dan mag ik constateren dat hiermee de begroting 1995 op onderdeel 1 is aangenomen onder de aantekening dat de fracties van de Partij van de Arbeid en ONS geacht worden te hebben tegen gestemd. Dan gaan wij over naar nummer 2; de begroting 1995 van het Grondbedrijf, CAI-bedrijf en de Stichting Gebouwenbeheer. De heer VAN OVERVELD: Ja, voorzitter, dat zijn 3 verschillende begrotingen van verschillende bedrijven. Het is lastig om ze op één hoop te gooien. Als u dat doet en ik ben tegen één ervan dan moet ik ze alle drie wegstemmen. De VOORZITTER: Dan gaan wij nog verder verfijnen. Dan stel ik voor dat wij de 3 begrotingen afzonderlijk in stemming brengen. Begroting Grondbedrijf. De heer DEN BRABER: De fractie van de Partij van de Arbeid stemt in met uw begroting van het Grondbedrijf. De heer VAN OVERVELD: Datzelfde geldt voor mijn fractie, voorzitter. De VOORZITTER: Geen behoefte aan een stemverklaring. Dan mag ik constateren dat de begroting 1995 van het Grondbedrijf is goedgekeurd. Aldus besloten. Begroting 1995 CAI-bedrijf. De heer DEN BRABER: De fractie van de Partij van de Arbeid gaat niet akkoord nu er ten onrechte een beroep op de burgers wordt gedaan die niet nodig is. De heer VAN OVERVELD: Dat geldt voor mijn fractie idem. Wij hebben een alternatief plan geboden dat wij uiteindelijk hebben laten vallen om tegemoet te komen aan andere fracties in de raad. Het zal duidelijk zijn dat deze begroting voor ons onverteerbaar is. De heer DIEPSTRATEN: Mijnheer de voorzitter, wij hadden gezien dat het tarief in de begroting van de CAI was aangepast. De meerderheid van de raad heeft gesproken. Wij laten ons verzet varen en wij stemmen in met de begroting. De VOORZITTER: Mag ik dan met u constateren dat de begroting van het CAI-bedrijf is aangenomen onder de aantekening dat de leden van de fractie van ONS en de Partij van de Arbeid geacht worden te hebben tegen gestemd. Aldus besloten. Begroting 1995 Stichting Gebouwenbeheer. De heer DEN BRABER: Voorzitter, de penningmeester van de stichting en 2 bestuursleden die aan de linker- en rechterzijde van mij zitten stemmen in met de begroting. De VOORZITTER: Overige bestuursleden van de stichting behoefte? De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, mijn fractie zal niet instemmen met deze begroting. Wij hebben eerder de opmerking gemaakt met betrekking tot de 100.000,- die daarin weggeschreven worden of beter gezegd geactiveerd worden. Wat dat betreft de aanpak te veel afhankelijk van de inflatie die komende jaren goed moet maken dat wij de investering terug verdienen. Wij zullen tegen deze begroting stemmen. Wethouder HUIJPEN: Als lid van de Raad van Toezicht ga ik akkoord met de begroting. De VOORZITTER: Mag ik dan met u constateren dat de begroting Stichting Gebouwenbeheer is aangebo den onder de aantekening dat de fractie van ONS daarmee niet akkoord is. Aldus besloten. Meerjarenbudgetanalyse 36

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 139