De VOORZITTER. Er is op de afdeling Welzijn, doordat een functionaris is aangetrokken voor de uitvoering van de WVG is De heer VAN OVERVELD: Dat is bekend, die was er al. De VOORZITTER: En verder is er geen uitvoering De heer VAN OVERVELD: Nee, ik vraag u dit omdat wij nu gehoord hebben in afgelopen dagen van er komt een nieuw accommodatiebeleid, er komt een ouderenbeleid, er komt jongerenbeleid, er komt vrijwilligersbeleid. Hoe doet u da allemaal? Want wij hebben nu 8 maanden achter de rug en is nog niets. De VOORZITTER: Nou, ik wist wel dat De heer VAN AGTMAAL: U bent er 12 jaar mee bezig geweest en u heeft het ook niet voor elkaar gekregen. De heer VAN OVERVELD: Dat is een beetje simpel gesteld, mijnheer Van Agtmaal. De VOORZITTER: Even nog een korte reactie van de portefeuillehouder personeel. Ik vermoedde wel dat er onder uw vraag iets anders nog lag. Mijn reactie is; er is geen uitbreiding op de afdeling Welzijn in die zin die u bedoelt. Verder, wethouder Van der Heijde, u heeft bepaalde toezeggingen gedaan wanneer er notities gaan komen en ik neem aan dat u dat niet zo maar doet. Wethouder VAN DER HEIJDE: Nee, dat klopt, voorzitter. Wij zitten hier natuurlijk niet voor Jan met de korte achternaam. De zaken die wij in ieder geval toezeggen daar willen wij voor 1995 in ieder geval beleid voor gaan ontwikkelen. Voorzitter, ik heb kennisgenomen van de bijdrage van de VVD-fractie en de argumenten die de fractie had tot instemming van de bezuinigingen op het welzijnsprogramma. Het lijkt mij juist om even te vermelden dat de aantallen die de fractie noemde bij haar bijdrage rondom de muziekschool dat de aantallen feitelijk anders liggen maar wellicht dat wij daar de fractie even over bijpraten. Voor wat betreft de privatisering waar de fractie van de VVD aandacht voor vraagt, dat is onderwerp van overleg. Met name privatiseren met Fidei et Arti daarvan moet ik zeggen dat de haalbaarheid bij mij persoonlijk en ook binnen het college is daarbij stilgestaan, dat wij daarvoor alsnog vraagtekens bij moeten zetten. Ten aanzien van de sportaccommodaties kan ik mededelen dat wij binnen de eerstvolgende commissie WOS dat daar een voorstel komt voor de privatisering van één van de accommodaties. Dat beleidsonderdeel is in ieder geval in gang gezet. Uw opmerkingen van de zijde van de VVD, daar waar men bedoelt seniorenbeleid om ook heel specifiek ook de allochtone ouderen te noemen. Ik denk dat het juist is, voorzitter, dat indien als wij komend jaar stilstaan bij het ontwikkelen van een ouderen- en seniorenbeleid, dat wij daar bijzonder aandacht aan moeten geven omdat dat uiteindelijk binnen onze Oudenbossche gemeenschap ook een bijzondere groep is. Uw suggestie om de contacten met de instellingen te verstevigen die neem ik over. Voorzitter, daar waar de fractie van D66 de bijdrage van het college over Wet Voorzieningen Gehandicapten en ook de toezeggingen die gedaan zijn, heeft de fractie denk ik prima samengevat. Die toezeggingen die zijn gedaan en indien dat nodig is en blijkt uit de evaluatie komend voorjaar dan zal het college zich in ieder geval aan die afspraken houden. Nog één opmerking ten aanzien van de overheadskosten. Alleen in eerste termijn gememoreerd door de heer Diepstraten, die worden besteed binnen het kader van de WVG uitvoering, in het kader van de bureau-kosten etcetera. Wat dat betreft kan ik u geruststellen, die verdwijnen niet in een ander laatje of potje. De heer DIEPSTRATEN: Mijnheer de voorzitter, wij hebben heel nadrukkelijk in de tweede termijn nog eens aandacht gevraagd voor het feit dat zodra de evaluatie plaats ging vinden van de uitvoering van de WVG dat daar naar onze mening heel nadrukkelijk gekeken diende te worden naar het niveau van het voorzie ningenpakket zoals die binnen Oudenbosch aan de orde waren. Ik heb daar de wethouder geen nadere uitspraken over horen doen. Daar wou ik toch een antwoord op. Wethouder VAN DER HEIJDE: Dat klopt, voorzitter, dat heb ik ook niet gedaan omdat ik met name bij mijn beantwoording meteen heb onderschreven wat de fractie van D66 bij de bijdrage in tweede termijn heeft verwoord, dus daar staan wij achter. De heer DIEPSTRATEN: Dat betekent inclusief de nadere voorstellen die wij daarbij doen te weten het feit dat er heel nadrukkelijk naar dat niveau van de voorzieningen gekeken gaat worden en dat op dat moment dat aanleiding geeft tot aanpassing van het voorzieningenniveau dat u op zoek gaat naar de middelen die daarbij horen. 29

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 132