heeft gelijk, u heeft een structurele dekking maar wat doet u? U pakt de spaarpot, u maakt hem leeg en weet dat in de komende jaren de vrijvallende kapitaallasten een stuk minder zijn. U weet ook dat als de vervanging daar is van de kapitaalgoederen die u nu extra afschrijft dat u het probleem inderdaad alleen maar doorgeschoven hebt naar de toekomst. Voorzitter, ik vind dat juist op dat punt dit beleid tekort schiet. Wij hebben gevraagd zelfs om uitstel van de behandeling van de begroting om met de hele raad te praten over mogelijk andere aanpak wat betreft de bezuinigingen. De wethouder heeft ons in het verleden daartoe niet uitgenodigd. Hij heeft afgelopen maandag gezegd dat hij daar geen behoefte aan heeft. Dat is de keus van het college. Daarom zeg ik van op dit moment hebben wij daar geen alternatief dekkingsplan voor maar er staat ook in dat zodra die andere insteek gekozen wordt en andere partijen in de raad zich daartoe uitgenodigd voelen dan zijn wij de eerste die meedoen. Wij vinden dat een structurelere aanpak en fundamentelere aanpak dan het legen van de spaarpot. De VOORZITTER: Ik wou, voordat wij nu over een derde termijn gaan spreken, wou ik ook constateren dat er nu langzamerhand een herhaling van standpunten gaat optreden en ik zou dan aan de wethouder willen vragen om verder zijn beantwoording af te ronden. Wethouder HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, ik heb er toch behoefte aan om daar even op te reageren. Ik zou tot de fractie van ONS willen zeggen van wat let u om het initiatief te nemen? U neemt u dusdanige afwachtende houding aan, u kijkt de kat uit de boom en dat resulteert in niets, in nihil. De heer VAN OOSTERHOUT: U bent uitgenodigd en heeft het afgewezen maandag om het een maand uit te stellen. Wethouder HUIJPEN: Maar wij zijn er nu mee bezig. Stap voor stap bent u afgelopen zomer op de hoogte gesteld van de begrotingsproblematiek. Stap voor stap, iedere keer bent u daarvan op de hoogte gesteld. Die informatie die is er geweest en nooit hebben wij iets van u gehoord. Helemaal niets. En zelfs tijdens deze begrotingsbehandeling laat u het na om op een bekwame wijze met een alternatief dekkingsplan te komen. Dat zijn de feiten. De heer VAN OVERVELD: Wethouder, ik vind uw reactie toch een beetje vergaand in die zin als u 3 A4-tjes ter inzage legt alleen voor de fractievoorzitters een staps-voor-staps-gewijze informatie rond de gemeente raad met betrekking tot de procedure en problemen van de begroting noemt, dan wil ik toch even naar de realiteit Wethouder HUIJPEN: Wat let u om De heer VAN OVERVELD: Het enige wat u maandag steeds in onze richting geroepen heeft, trouwens in de richting van de hele raad, niemand heeft gereageerd naar aanleiding van die 3 A4-tjes. Wethouder HUIJPEN: Juist, dat zijn de feiten. De heer VAN OVERVELD: Dus op het moment dat ik 3 A4-tjes ter inzage gelegd krijg, dan verwacht het college dat wij gaan reageren. Wethouder HUIJPEN: Oké mijnheer de voorzitter, ik ga verder want deze discussie die leidt tot niets. De heer DEN BRABER: Voorzitter, heel kort nog even, twee zinnen. De VOORZITTER: Als laatste dan maar dan gaat u verder met uw De heer DEN BRABER: De fractie van de Partij van de Arbeid noch de fractie van ONS of de fractie van het CDA, D66 of VVD is belast met de voorbereiding van het beleid. Als u ons informeert over de stand van zaken bij het beleid en u doet niet meer dan dat dan mag u niet van de fracties verwachten dat zij daarop inspelen door allerlei initiatieven te ontwikkelen. Daar hoort dan een uitnodiging bij want nogmaals de fracties zijn niet belast met de voorbereiding van het beleid. De VOORZITTER: Wethouder, gaat u verder. Wethouder HUIJPEN: Ja, ik stop ermee tenminste althans te reageren naar die twee fracties want dat haalt helemaal niets uit, het is weinig rationeel. Weinig rationeel want wij komen daar niet verder mee. Ik heb gereageerd op het voorstel van de fractie van de Partij van de Arbeid, ik heb ook gereageerd op het 21

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 124