De heer DEN BRABER: Voorzitter, mijn fractie stemt in met dit pré-advies zei het met de kanttekening dat wij afstand nemen van de eerste zin in de eerste alinea op bladzijde 2, dat de kosten derhalve geheel voor rekening van de gemeente komen. Dat automatisme zit er zeker niet in en daar wil mijn fractie zich niet aan gebonden weten dus die aantekening wil ik erbij maken. Verder nog een vraag, voorzitter. Het bedrag van ruim 7.000,- wordt geput uit de voorziening technisch onderhoud. Waarom schrijven wij daarop af, waarom doen wij dat niet a fonds perdu? Wethouder VAN DER HEIJDE: Dit vind ik nu duidelijk een vraag voor wethouder Huijpen want het gaat over a fonds perdu, dus het is een financieel probleem. Wethouder HUIJPEN: Dan moet ik op dit moment vaststellen dat wethouder Huijpen met een probleem zit want ik heb me daar niet op voorbereid. Ik heb daar dan ook geen reactie op. Ik zal me daar dus in moeten verdiepen van het waarom dat er dus op deze wijze gefinancierd wordt en dat er op afgeschreven wordt en waarom niet a fonds perdu. Het is me wat dit betreft niet helemaal duidelijk. De VOORZITTER: Inmiddels heeft wethouder Van der Heijde enige denktijd gehad en ik geef hem graag weer het woord terug. Wethouder VAN DER HEIJDE: Voorzitter, het is in ieder geval zo dat wij die fondsen jaarlijks aanvullen door de middelen die de rijksoverheid daarvoor beschikbaar stelt. Voor zover mijn informatie reikt, is het gebruikelijk dat wij op deze manier alleen de kapitaallasten in ieder geval meenemen en ten laste van die fondsen brengen. Ik denk dat dit de gebruikelijke methodiek is maar we kunnen wellicht nog wel eens bij de afdeling nagaan of er dergelijke kleinere bedragen - want daar praat je dan blijkbaar over - of daar een andere vorm van financiering gewenst of mogelijk is. De heer DEN BRABER: Ja, erg graag. Tot nu toe in ieder geval was het gebruikelijk het voorstel lezend schot me dat te binnen van als wij uit reserve en voorzieningen, eigenlijk toch een soort reserve, als wij daaruit putten dan moet dat in één keer en dan gaan wij daar niet op afschrijven, want dat is alleen maar boekhoudkundig werk kweken. Ik neem graag genoegen met uw antwoord en ook met dat van wethouder Huijpen want dat kan de beste overkomen dat je dat niet weet. De VOORZITTER: Gehoord de beraadslaging en de toezegging van wethouder Van der Heijde op daar toch nog eens naar te kijken, neem ik aan dat u verder De heer VAN AGTMAAL: Mag ik daaruit concluderen dat die zinsnede de kosten van de voorzieningen komen derhalve, dat die aangepast wordt? Wethouder VAN DER HEIJDE: Voorzitter, mag ik daarop reageren? Het is een reactie van de heer Den Braber, die reactie heeft hij ook gegeven in de commissie-vergadering. Formeel zijn wij gehouden om deze voorziening te financieren. Dat het geen automatisme is dat zal binnenkort blijken ten aanzien van andere voorstellen die van de kant van onderwijszaken naar de commissie en ook naar de raad toe zullen komen. Ik denk dat het van belang is dat de heer Den Braber de opmerking heeft gemaakt en dat wij daar ook rekening mee houden, maar voor mij vind ik het nodig om het voorstel op die manier tekstueel aan te passen. De heer DEN BRABER: Als schoolbesturen uit die zin maar niet menen dat ze er rechten aan kunnen ontlenen. Wij moeten van geval tot geval bekijken of inderdaad wanneer er een school in zo'n financiële situatie verkeert als dit schoolbestuur, of wij het dan zullen doen maar automatisme zit in de onderwijs- wetgeving niet in. Eén automatisme wat er in zit is de Londo-norm. De heer VAN AGTMAAL: Ik moet me geheel achter de heer Den Braber scharen. Mijn fractie heeft in de commissie ook die opmerking gemaakt, wij moeten geen precedentwerking scheppen. Daar willen wij voorzichtig mee zijn. Wij zijn het eens met het voorstel gezien de situatie kunnen wij niet anders. Wij moeten uitkijken zoals het hier nu verwoord zou staan zonder alle kanttekeningen die daarbij gemaakt zijn, dat de andere schoolbesturen de conclusie zouden kunnen trekken van het wordt door de gemeente betaald. Wethouder VAN DER HEIJDE: Ik denk voorzitter, met u meegaand dat uw opmerkingen duidelijk zijn. Wij praten alleen over dit voorstel met deze tekst en niet over andere voorstellen. De VOORZITTER: Maar wij zullen er in de toekomst nadrukkelijk rekening mee houden. 10

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 10