675.000,te dekken, dat is niet mis. Ik heb in de commissie al even samengevat hoe dat nu eigenlijk tot stand komt. Die 675.000,die kun je globaal in 3 stukken verdelen, 200.000, moeten wij nog goed maken vanwege overheidsbezuinigingen waarvan wij nu al denken dat ze op ons afkomen, 170.000,moeten wij goed maken of moeten wij vinden om ons eigen financiële gedrag van de afgelopen jaren te corrigeren of vanwege de rentebijschrijving die wij gaan corrigeren en dan ja het buikje moet er dan nog af, het restant van het bedrag is eigenlijk het bedrag waarvoor wij op de grote voet leven en dat moet toch afgeslankt worden. Voorzitter, ik heb er vertrouwen in dat wij gezien het resultaat wat wij via de financiële commissie nu geboekt hebben met betrekking tot de voorstellen voor de komende jaren dat wij daarin kunnen slagen. De brede overeenstemming die er over is kan niet kan de omvatten, dat is spijtig. Niettemin blijft het zo dat wij er voor open willen staan dat ook al degene die er niet aan hebben deelgenomen aan dit breed gedragen voorstel dat wij die welkom blijven heten of zullen blijven heten bij voorkomende gevallen om aan dat overleg weer deel te nemen, dat men zich bepaald niet uitgesloten voelt want ja ergens heb ik dat geluid weieens opgevangen maar het tegendeel is waar en wij hebben gewoon moeten constateren dat het voor de betrokken partij, de WD in dit geval, niet zo was dat zij het einde van de beraadslaging van de commissie wilde bijwonen en ook niet mee wilde doen in het pact wat wij voor de komende jaren hebben vastgelegd. Wij zien het pact dat er ligt en de overeenstemming die er over bestaat ben ik daar best optimistisch over gestemd. Zoals afgesproken gaan de maatrege len naar de commissie en zullen ze daar beoordeeld worden en zullen wij straks ook in de begroting verwerkt krijgen. Voorzitter, met betrekking tot het voorliggende voorstel waarover op nog een viertal punten laten we zeggen verschil van mening was of uitsluitsel gegeven diende te worden met betrekking tot uw voorstel en de zienswijze van de raad heeft de heer Van Hoek namens laat ik zeggen het financieel overleg al precies gezegd wat wij daarvan denken. Ik sluit mij volledig bij die woorden aan. Ik hoef dat dus niet opnieuw te doen, dat is ook voor u gemakkelijk. Eén enkele opmerking wil ik er nog wel aan toevoegen. Ik denk dat het zo kan zijn, zo moet zijn, dat daar waar wij al vooruitlopend op de bezuinigingsplannen voor de komende jaren op het personeelsbudget nu die 64.000,besparen, dat ik denk ik voorlopig voor eigen rekening het college zou willen uitnodigen om op basis van die bezuinigingen ook het formatieplan te gaan bijstellen en wel zodanig dat het formatieplan in overeenstemming is met het budget wat er voor staat. Ik denk dat wij naar aanleiding van die bijstelling van het formatieplan in de diverse ABZ en wellicht ook nog het GO over kunnen discussiëren maar ik denk dat dat gewoon een noodzake lijke consequentie is van het besluit om die 64.000,op het personeelsbudget te bezuinigen. Voorzitter, dat was mijn bijdrage in eerste instantie. De heer HERMES: Dank u wel, voorzitter. Volgens ons in de commissie ABZ van 12 mei jongstle den heeft de fractie van de Partij van de Arbeid nader overleg gepleegd over de voorjaarsnota en hetgeen in bedoelde commissie aan toelichting is gegeven over de vragen die daarover bij ons bestonden. Tijdens dat nader overleg zijn wij ingegaan op die vragen die er nog overbleven na de discussie in ABZ. Met name van wat betekent de beëindiging van de subsidie voor het OETC- onderwijs als het voorstel van het college wordt gevolgd. Nadere informatie heeft ons geleerd dat die gevolgen zeer minimaal zullen zijn en dat is de reden dat wij nu het voorstel van het college kunnen volgen. Voor wat betreft de post onderuitputting personeel en het instellen van een fonds ziekteverzuim is door de vertegenwoordigers van het CDA, ONS en de Partij van de Arbeid in de financiële commissie nader overleg gepleegd. Men is tot de conclusie gekomen tot de aanbeveling van het college in deze niet helemaal gevolgd moest worden. Toch waren zij van mening dat er een oplossing moest komen voor het in de commissie ABZ besproken probleem van haalbaarheid van genoemde zaken. Uit verdere discussie is het voorstel gekomen om de post personeel waar nog een bedrag resteert van 64.000,voor uitbreiding van de formatie te gebruiken om deze proble men op te lossen. Dat heeft in ieder geval voor dit jaar een vacature-stop tot gevolg maar dat was voor de fractie van de Partij van de Arbeid toch al de bedoeling. Naar het idee van de fractie van de Partij van de Arbeid - en u heeft gehoord gesteund door het CDA en ONS - moet dat voldoende ruimte geven om de aangehaalde problemen op te lossen. Verder nog één opmerking, mijnheer de voorzitter. De raming voor de uitvoering van de functiewaardering is door ons in de commissie ABZ betiteld als te vrijblijvend. In uw antwoord op meerdere opmerkingen daarover bent u niet verder gekomen dan dat u goede nota zou nemen van deze opmerking. In het voorliggende voorstel vind ik daar niets van terug en ook dat wil ik bestempelen als al te vrijblijvend. Daarom wil 31

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1993 | | pagina 104