19. Voorstel van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad tot het nemen van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor een gedeelte van het bestemmingsplan "Herziening bestemmingsplan Buitengebied 1986-1" (Groene Woud). De heer JONGENELEN: Dank u wel, voorzitter. Het thans voorliggende voorstel voor het nemen van een voorbereidingsbesluit kan goedkeuring van onze fractie hebben indien tenminste u ons gerust kan stellen op een tweetal punten. Het betreft allereerst de vraag van de sloop van de bestaande woning. Het is niet mogelijk dat de bestaande woning gehandhaafd zou worden voor het bewonen door een derde. We achten het noodzakelijk dat de woning, welke nu door de heer Marijnissen wordt betrokken, wordt gesloopt. Mijnheer de voorzitter, we nemen aan dat B&W erop zullen toezien dat de sloop van de woning geen desastreuze gevolgen heeft voor de belende panden. Dit vraag zorg en in goed overleg. Tenslotte verwachten wij nu een voorbereidingsbesluit te nemen zodat de realisering mogelijk wordt van de bouw van één woning. We gaan er van uit dat er straks geen toestemming wordt gegeven voor woningsplitsing op een woning door twee gezinnen. De CDA-fractie moet daar duidelijkheid over hebben. Als het zo is dat er in een nieuwbouw twee gezinnen komen, moeten wij eens gaan denken over het verhalen van kosten die gemaakt zijn om het Groene Woud tot een aantrekkelijke woonstraat te maken. In de hoop, mijnheer de voorzitter, dat de portefeuillehouder mij gerust kan stellen en dat een en ander schriftelijk is overeengekomen. Tenslotte zijn deze bemerkingen ook breed in de commissie VIM gemaakt en de ongerustheid leeft bij onze fractie doordat min of meer de eigenaar daar blijk van heeft gegeven door in te richten als twee woningen tijdens de toelichting in de commissie toen destijds. Dank u wel. De heer VAN DE LUIJTGAARDEN: Ja, mijnheer de voorzitter. Onze fractie kan accoord gaan voor het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de bouw van een nieuwe woning van de heer Marijnissen. Onze fractie die vindt wel dat er op termijn een verlenging van de grens van het bestemmingsplan "Buitengebied" moet komen en dat ook de lintbebouwing betrokken moet worden bij het Komplan zoals door onze fractie is verhoord in de vergadering van VIM 9 september 1991. De heer DEN BRABER: De verplichting om de woning te slopen zal onderdeel zijn van de afgifte van de bouwvergunning die, als de verklaring van geen bezwaar binnen is, aan de orde komt. Uiteraard zal zeer zorgvuldig gesloopt moeten worden, maar dat moet iedereen, en heel nadrukke lijk praten we over een bouwvergunning voor één woning. Naar aanleiding van uitlatingen van de aanvrager dat er sprake zou zijn twee woningen, heb ik nog een gesprek met hem gehad en hem daar heel duidelijk in gemaakt dat we alleen maar medewerking zouden verlenen aan de bouw van één woning. Ten aanzien van de opmerking van de heer Van de Luijtgaarden om de verlenging van de grens van het bestemmingsplan, om de lintbebouwing van het Groene Woud te betrekken bij het Komplan, hebben wij inmiddels contact gehad met ambtenaren van de provincie. Die zijn terplekke polshoogte gaan nemen en die adviseren om de lintbebouwing van het Groene Woud niet bij het Komplan maar bij het Oudland te betrekken, dus wel in de woonwijk en niet in het buitengebied zoals het nu is. U kunt daarover in de loop van dit jaar een voorstel verwachten maar dat staat niet hoog op de prioriteitenlijst van het college. De heer JONGENELEN: Ja, voorzitter, nog een kleine opmerking. Ik denk dat dergelijke verande ringen in het gebied misschien toch een beetje aan voorschriften gekoppeld moet worden temeer dat er redenen moeten zijn voor het verplaatsen van de woning van zo'n situatie als bij Marijnissen, ik denk dat daar toch in het vervolg daar geen problemen door moeten kunnen ontstaan. De heer DEN BRABER: Ik verwacht er weinig problemen mee. Hij gaat met z'n nieuwe woning achter de echte rooilijn zitten. Verder moet hij zich houden aan de bouwverordening. De heer JONGENELEN: Nee, het gaat over het bestemmingsplan, het hele gebied. De heer DEN BRABER: Ja dat wordt dus, dat heb ik al gezegd, betrokken bij het Oudland. Dat is een woonwijk en de bestemmingsbepalingen die voor het Oudland gelden zullen misschien hier en 27

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1992 | | pagina 97