op basis van het gebruik van de riolering waarbij een differentiatie moet worden toegepast na gelang het gebruik. Daarbij zal wellicht de mogelijkheid aanwezig zijn om een tariefsberekening te hanteren via het waterleidinggebruik. Daar willen wij dan gelijk bij aantekenen dat er een aparte regeling wordt gemaakt voor bedrijven die wel waterleiding gebruiken maar dat verder niet in de riolering terecht komt. De heer WIJNEN: Ten aanzien van de conclusies en de aanbevelingen in het pré-advies en het ontwerp-besluiten wat dus voorgelegd wordt, door wordt enerzijds gezegd van de kosten van de bergbezinkvijvers die nemen we wel mee anderzijds wordt gezegd van de bergbezinkbassins die schorten we zolang op. Ik denk dat het opschorten gelet op de tijdsruimte, kijk dit plan is gebaseerd op de huidige inzichten en na verloop van tijd kan het best zijn dat andere inzichten ten aanzien van het hergebruik danwel anders gaan gebruiken van verontreinigd water in Oudenbosch ingang gaan vinden en dan zou het best kunnen zijn dat er een minder grote behoefte is aan dat soort voorzieningen waarbij het denk ik terecht is om dat ook niet in, ja je kunt het noemen maar je hoeft het denk ik niet als effectief in te gaan voeren. Ik zou het er inderdaad uithalen en wachten totdat het op z'n effectiviteit beproefd is en verder is in ABZ ook ter sprake gekomen de verfijningsuitke ring. Ik denk dat het bij de financiering aanbeveling verdient om ook dat element in beschouwing te nemen zodat je een volledig inzicht hebt over de activiteit riolering en welke aspecten daaraan vastzitten en welke inkomsten daar tegenover staan zodat de burgers weten, dit is inderdaad een terecht of een ten onrechte keuze die gemaakt wordt. De heer DEN BRABER: Ik zal m'n best doen, voorzitter. Ik constateer met genoegen dat in z'n algemeenheid de raad kan instemmen met dit plan van aanpak voor onderhoud en renovatie van ons rioolstelsel voor de komende zestig jaar. Een gigantische operatie waar tientallen miljoenen guldens mee gemoeid zijn maar die denk ik door deze goed opgezette aanpak alleszins beheers baar zijn en met name ook vanwege de afspraak die er in zit om regelmatig het plan te herijken, te kijken of we nog steeds op de goede weg zijn, zullen wij de zaak zo goed mogelijk beheersbaar proberen te houden en het rioolstelsel tegen de laagst mogelijke kosten goed laten functioneren. In het rioolbeheerplan zitten opgenomen ter voldoening aan de opdracht van de waterkwaliteitsbe heerster, het Hoogheemraadschap is dat, de aanleg van die bergbezinkbassins. Het gaat eigenlijk om randvoorzieningen bij overstorting. Zonder de uitspraak van uw raad dat wij die randvoorzienin- gen willen aanbrengen is het rioolbeheerplan niet af en is het ook niet zinvol om het overleg met het Hoogheemraadschap en daaropvolgend ook met de provincie op te starten want dan worden teruggestuurd met de opdracht om eerst maar eens over die randvoorzieningen na te denken. Vandaar dat wij aan de inkomstenkant nog wel in hebben staan. In de dekkingsparagraaf zijn dus de kosten voor die bbb's meegenomen. Aan de uitgavenkant zijn ze nog niet geraamd want in '92 hoeven wij die randvoorzieningen nog niet te realiseren en als uw raad vanavond dit rioolbe heerplan vaststelt dan heb ik een goede basis om overleg te gaan voeren met het Hoogheemraad schap en met de provincie - en dat op verzoek van de Partij van de Arbeid - of het niet mogelijk is naar een goedkopere oplossing daarvoor te zoeken. Mogelijkheden zijn meer berging in het rioolstelsel zelf dus een grotere diameter te kiezen voor de buizen en afhankelijk van de aard van de overstorten kan de aard van de randvoorziening die daar bij hoort, de bergbezinkbassins of iets anders, kan ook nog verschillen. Ik denk dat wij een gerede kans dat we niet de 4.100.000,die geraamd zijn tot 1995 voor die randvoorzieningen dat wij die in z'n totaliteit uit zullen moeten geven en dat we wellicht wat dat betreft op dat onderdeel wat goedkoper ook klaar kunnen komen. Dat is dan een meevaller voor de burgers want 100% kostendekking - de heer Van Oosterhout heeft het al opgemerkt - is het uitgangspunt voor de financiering voor dit plan. Als die randvoorzieningen goedkoper uitvallen dan zal het rioolrecht op een lager eindniveau uitkomen dan nu in het pré advies is aangegeven. Ik denk dat ik daarmee de opmerkingen van de heer Van de Luijtgaarden in ieder geval beantwoord heb. Ik wil nog wel zeggen dat wij uiteraard via de commissie VIM en als het nodig is ook nog de raad zullen betrekken bij de uitkomsten van het overleg met het Hoog heemraadschap en de provincie. De fractie van de WD kan ook instemmen met het rioolbeheer plan maar heeft moeite heb ik genoteerd met het uitgangspunt dat de lasten daarvan doorberekend worden naar de bewoners. Ja de kosten zullen linksom of rechtsom moeten worden toch door de bevolking en ik denk dat het net zo zuiver is om de totale kosten van het rioolbeheer in beeld te brengen en dat op een door uw raad nader te bepalen versleutelingswijze in rekening te brengen bij 14

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1992 | | pagina 84