achter het postkantoor ook een plaats. Wat is de reden nu dat deze locatie toch definitief gekozen is? De heer DEN BRABER: Ik moet er niet aan denken, mijnheer Huijpen. De opmerking van de heer Jongenelen heb ik ook al gesteld in de commissie VIM, heb ik nog doorgenomen met de comman dant van de brandweer. Die heeft samen met de mensen die de plannen voor het centrum ambtelijk begeleiden, ter plekke heeft hij nog eens zijn afweging gemaakt. Ze hebben gekozen voor het groenstrookje wat nu ligt naast de toegangspad naar het kerkplein, aan de zijkant, Past. Helle- monsstraat, omdat de commandant van de brandweer mij verzekerde dat dat de meest ideale plaats is om vanuit dat punt een heel groot gebied van het centrum te kunnen bestrijken bij calamiteiten. Men heeft met name dus voor die groenstrook gekozen omdat men daar verzekerd is dat men geen overlast zal hebben van geparkeerde auto's. De heer HUIJPEN: Ja, ik heb nog één vraagje, mijnheer de voorzitter. Niet met de bedoeling om de commissie VIM over te doen maar tijdens het beraad in de commissie VIM is mij toegezegd dat er gekeken zou gaan worden of dat het nodig was dat de provincie daar een vergunning voor zou moeten verlenen. Daar heb ik tot op dit moment geen antwoord op gehad, vandaar mijn vraag. De heer DEN BRABER: Bladzijde twee van het pré-advies, de middelste alinea. De heer BASTIAANSEN: Ja, voorzitter, bij nalezing van de stukken is mij gebleken dat de behoefte aan water bij een grootst mogelijke calamiteit 300 kub per uur is. De putcapaciteit is 120 kub en de bestaande capaciteit op het huidige waterleidingnet is nog 80, dus bij elkaar is dat 200 kub. Dus 100 kub te weinig en is er dan nog wel de mogelijkheid om bij Tivoli om van daaruit het water aan te voeren? Ik neem aan dat dat een oplossing kan zijn mits dat de capaciteit van de brandweer voldoende is om het over die afstand te kunnen brengen. Ik hoop dat die capaciteit er is want het water verplaatsen over deze afstand dat zal vooral ook in het buitengebied bij een brand meerdere malen voorkomen. De VOORZITTER: Ik ben zo vrij om die beantwoording op me te nemen als hoofd brandweer. De discussie over is er voldoende capaciteit beschikbaar op de ene plaats dat is in het geval van een grote calamiteit natuurlijk niet maar dan praat je ook niet alleen maar over het korps van de vrijwillige brandweer van Oudenbosch, dan praat je over hulpverlening van andere korpsen uit de omgeving. Dan praat je zelfs over hulp vanuit de korps van Roosendaal en dan is er ruim voldoende pompcapaciteit om dat uit allerlei putten vanuit een grote afstand naar die plek te brengen. Het gaat er vooral om, zoals dit in technische termen heet, het eerste aanvalsplan goed te kunnen uitvoeren, daarna komt er een hele riedel van andere aktiviteiten dus daar is de bezorgd heid zeker niet aanwezig. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 22. Voorstel van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad tot verkoop van grond aan de Stichting Woningbouw St.Bernardus met wijziging gemeentebegroting 1992. 23. Voorstel van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de bodemsanering op het terrein van de voormalige gasfabriek. Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen. 24. Rondvraag. De heer WIJNEN: Mijnheer de voorzitter, het is mij helemaal niet duidelijk hoe het parkeren hier op de binnenplaats van het gemeentehuis geregeld is. Ik zie daar in toenemende mate auto's geparkeerd worden terwijl er een bord op verbod tot inrijden, uitgezonderd trouwstoeten wordt 9

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1992 | | pagina 39