met u concluderen, gelet op de discussie, dat de indieners ondersteuning krijgen van alle aanwezi
ge leden van de gemeenteraad met uitzondering van de heren Wijnen, Huijpen en Van Agtmaal? U
gaat akkoord met de conclusie? Dan constateer ik ook dat deze motie is aangenomen. Dan komen
wij aan het raadsvoorstel zelf en de ontwerp-besluiten. U heeft gehoord dat op basis van de
toezegging van de wethouder aan het ontwerp-besluit een paragraaf d. wordt toegevoegd, de
formulering is u bekend. Gehoord het verzoek van de heer Van Oosterhout in z'n eerste termijn om
over dit voor ons ailen zo belangrijk stuk een hoofdelijke stemming te vragen. Een verzoek waar ik
gaarne aan wil voldoen. Da ga ik nu over tot de loting, zoals dat gebruikelijk is.
De loting heeft tot resultaat dat de heer Koch (nr. 2 van de presentielijst) als eerste stemt.
De stemming heeft tot resultaat:
VOOR dit voorstel stemmen de leden: de heren Koch, Terloo, Hermes, Van de Luijtgaarden, Den
Braber, Van Overveld, Jongenelen, Bastiaansen, Du Pont, Van Oosterhout en mevrouw Dirven-Van
Aalst.
TEGEN dit voorstel stemmen de leden: de heren Wijnen, Huijpen en Van Agtmaal.
Het voorstel is derhalve aangenomen met 11 stemmen voor en 3 stemmen tegen.
De VOORZITTER: Ik constateer dat wij aan het einde gekomen zijn van een discussie die 3'/2 jaar
heeft geduurd. Dat wij tot een besluit zijn gekomen waarvan het college en tot mijn genoegen een
zeer grote meerderheid van de raad, als ik het zo mag uitdrukken, zich uiteindelijk in heeft weten te
vinden. Mijn persoonlijke taxatie van deze discussie is dat die op een uiterst zorgvuldige manier is
gevoerd met begrip voor eikaars standpunt en ik neem aan dat wij allen nu dit besluit is genomen
aan de verdere uitvoering daarvan, zoals dat ook vanavond ettelijke malen is gezegd, op een
collegiale en gemeenschappelijke manier onze medewerking allen aan zullen verlenen. U heeft
voldoende momenten nog om op onderdelen verder uw beraadslaging op voort te zetten. Ik moge u
allen bijzonder danken voor het feit waarop ook vanavond een debat hierover is gevoerd.
3. Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 februari 1992,
