deze methode van hulpverlening via de huidige bestaande internaten goedkoper is dan
andere voorzieningen, zodat de opvang minder beslag legt op provinciale financiële
middelen dan gespecialiseerde voorzieningen voor jeugdopvang;
in afwachting van de uitkomsten van het onderzoek van de commissie Worrell, het
voortbestaan van het internaat in Oudenbosch gewaarborgd moet worden;
afschaffing van meergenoemde subsidieregeling, wanneer de provincie geen afdoende
maatregelen neemt, een sterke daling van het leerlingenaantal tot gevolg zal hebben,
waardoor het voortbestaan van het gerenommeerde schoolinternaat Saint Louis in gevaar
komt, met alle gevolgen van dien;
verzoekt,
Provinciale Staten van Noord-Brabant alles in het werk te stellen om het voortbestaan van het
schoolinternaat te waarborgen totdat, in afwachting van de uitkomsten van de commissie Worrell,
een definitieve financieringsstructuur gevonden is.
De heer HUIJPEN: Mijnheer de voorzitter, ik wou er een opmerking bij maken. Duidelijk dus
ondersteuning voor de motie van het CDA. Een prijzenswaardige motie in deze is de visie van mijn
fractie. Een bijkomend in deze dat is dat wij in Oudenbosch eigenlijk toch al te maken hebben met
een bijzondere problematiek daar waar het gaat om de vrijkomende gebouwen in de kom, het
centrum dus, dat betreft dan de kloosters. Het is volgens onze opvattingen en argumenten meer om
deze motie te ondersteunen want wij moeten er niet aan denken om dus op termijn geconfronteerd
te worden met een leegkomend Saint Louis en wat voor bestemming moeten wij daar dan weer
voor vinden. Dat was met name voor mijn fractie een argument temeer nogmaals om dus de motie
te ondersteunen alhoewel dat in de motie als zodanig niet zo nadrukkelijk tot uiting komt. Ik
veronderstel dat deze problematiek met betrekking tot de leegkomende gebouwen in het centrum,
dat die meer dan voldoende bekend is bij de provincie maar misschien is het aanleiding voor het
college om dat nog eens onder de ogen van de bestuurders daar te accentueren. Dank u zeer.
De heer VAN OOSTERHOUT: Ja, voorzitter. Vanuit mijn fractie een soortgelijk geluid. Niet alleen
het aspect van het belang van de leerlingen, het werkgelegenheidsaspect dat hiermee gemoeid is
maar ook het aspect voor ruimtelijke ordening, zoals de heer Huijpen dat net heeft aangeduid, is
voor ons als gemeente van eminent belang. Ik denk dat als dat er nog eens bovenop komt, het toch
voor onoverkomelijke problemen komen te staan in onze kom. Dus ook om die reden is het
destemeer nodig dat die motie ondersteund wordt. Ik heb voorts een vraag naar de verzending. De
motie gaat naar Provinciale Staten. Zou het verstandig zijn om de motie ook in afschrift te doen
toekomen aan bijvoorbeeld de gemeente Etten-Leur, aan de betrokken instellingen etcetera. Ik
neem aan dat u een lijstje weet te maken van de instellingen die in dit verband die motie zouden
moeten ontvangen ter kennisneming. Voor de rest kan ik u nogmaals mededelen dat mijn fractie het
volkomen eens met hetgeen hier staat.
De heer HERMES: Dank u wel, voorzitter. Mij rest in feite niets meer dan de sprekers voor mij te
ondersteunen in hun woorden. Ook wij zijn van mening dat het belang van het schoolinternaat en
zijn deelnemers en ook het belang in economische zin van Oudenbosch. Wij vinden het een hele
goede motie waarmee wij de initiatiefnemers, het CDA, willen feliciteren.
De VOORZITTER: Dank u zeer. Een korte reactie vanuit de zijde van het college. Ik kan u vertellen
dat wij al in een heel vroeg stadium in gesprekken zijn geweest met zowel landelijke politici als met
de directies van de internaten als met het stichtingsbestuur, de Stichting Schoolinternaten
Nederland, omdat wij diverse signalen al gehoord hadden en ieder ons op z'n eigen wijze en ieder
in z'n eigen kanalen getracht hier het schip een bepaalde richting uit te koersen. Het heeft als
eerste resultaat opgeleverd dat de totale decentralisatie-operatie van het rijk op zich in de Tweede
Kamer is bijgesteld. Dat het bedrag wat daarmee gemoeid werd wat ruimer werd gesteld en de
condities ook. De Kamer heeft zich niet specifiek wensen bezig te houden uiteindelijk in de
12