De VOORZITTER: Mogen deze pogingen op uitvoerend niveau gezamenlijk te doen meteen ook als een soort breekijzer functioneren om ook op andere zaken wat meer gezamenlijkheid in het gewest te betrachten. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 10. Voorstel van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad tot vaststelling van het Meerjarenprogramma Restauratie Monumenten in de gemeente Oudenbosch, periode 1993-1997. De heer JONGENELEN: Dank u wel, voorzitter. Het CDA vindt het een goede zaak, voorzitter, dat het oudste monument van Oudenbosch op deze manier via deze subsidieregeling de mogelijkheid krijgt om de restauratie uit te voeren. Verders wou ik het college nog vragen welke mogelijkheden er nog zijn wat betreft de "kanjerregeling". Er schijnen toch meer mogelijkheden in te zitten als dat de voorzitter op dat moment, denk ik, in de commissie VIM aan de orde gesteld heeft. Verder wilden wij vragen wanneer er nu een goed overzicht zou komen, op welke termijn, wanneer wij eens in kunnen zien welke monumenten dat wij hebben in Oudenbosch. Misschien kunt u daar ongeveer wel een tijdstip van geven. Dank u wel. De heer VAN OOSTERHOUT: Dank u wel, voorzitter. Met het laatste wil ik aansluiten, in die zin dat ik dat wil aanvullen met de vraag om eens in beeld te brengen welke middelen wij als gemeente inmiddels dit jaar en de komende jaren in z'n totaliteit inzetten voor restauratie of voor monumen ten. Het monumentenbeleid is nog maar, denk ik, heel jong maar in de afgelopen jaren zijn er ook bedragen aan besteed en de komende jaren gaat dat in meerdere mate gebeuren. Ik denk dat het goed is voor het beeld van de raad om precies te weten welke bedragen daaraan besteed worden en dan denk ik ook aan de bedragen die gaan richting Stichting Basiliek en de bedragen die nu gaan richting de Hervormde Gemeente voor wat betreft het pand Fenkelstraat 26, als de andere monumenten die inmiddels al in restauratie zijn of afgerond zijn. Dat is één vraag. De tweede vraag, voorzitter, betreft het risico wat hier nu aan zit. Wij als gemeente hebben tot en met 1997 een budget en wij verplichten ons om tot en met 1997 dat budget door te sluizen richting Hervorm de Gemeente ten behoeve van het onderhavige doel. Daarmee is niet het bedrag bereikt wat wij in z'n totaliteit subsidiëren. De vraag is eigenlijk: Wat gebeurt er nu als straks de provincie na '97 dat budget weer naar zich toe trekt, want die mogelijkheid bestaat toch, en het vervolgens de subsidie niet helemaal voor 100% zoals die hier genoemd wordt door ons kan worden doorgesluisd. Ligt dat risico bij ons of ligt het risico bij de Nederlands Hervormde Kerk? Ik denk dat het belangrijk is om dat te weten. Mij is het in ieder geval uit de stukken niet echt duidelijk geworden en ik zou daar graag nu nog even van u iets over horen. De heer DEN BRABER: Ik dank de CDA-fractie dat zij accoord gaat met dit voorstel. Ten aanzien van de "kanjerregeling" heb ik eigenlijk niets anders te melden dan wat ik te melden had in de commissievergadering. De "kanjerregeling" houdt in dat dus subsidies voor restauratie van monumenten die meer dan 6 jaarschalen in beslag nemen dat die onder "kanjerregeling" kunnen vallen. Voorwaarde daarvoor is dat de aanvraag daarvoor vóór 1 april van het ene dienstjaar bij het ministerie moet liggen, dat is de voorwaarde die daarbij staat. Vandaar dat het college ertoe besloten heeft om met de restauratie niet tot volgend jaar te wachten, met de kans dat wij er dan toch naast zouden grijpen omdat het aantal aanvragen veel groter was dan het ministerie kon verwerken. Gezien het feit dat wij eraan hechten dat nog dit jaar met de restauratie van de pastorie begonnen wordt omdat het ook als woonhuis dienst moet gaan doen voor de dominee, die in Oudenbosch gevestigd is. Dan vraagt de heer Jongenelen van wanneer kunnen wij de MIP (de Monumenten Inventarisatie Project van de provincie tegemoet zien. Ook daar heb ik hetzelfde antwoord als dat ik had in de commissie. Het ligt al vanaf februari bij de drukkerij op het provincie huis. Het drukken van die monumenten-inventarisatie heeft een hele lage prioriteit, daar wordt het als een soort stopwerk gezien. Wij hebben gevraagd om Oudenbosch daar in ieder geval boven op de stapel te leggen en daar heeft men min of meer toegezegd dat ze dat zouden doen, maar ik kan niet op een maand afzeggen wanneer die MIP er komt. Ik verwacht hemzelf nog wel in de loop van dit jaar maar zo vaag moet ik toch op dit moment nog blijven. Dan de opmerking van de heer Van 9

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1992 | | pagina 126