34
eigenlijk het overleg afgebroken. Ik heb namelijk begrepen dat
er nogal ongerustheid is ontstaan ten aanzien van de gevolgde
procedure en de onafhankelijkheid van het organisatiebureau
Rijnconsult, hoe die hier binnen het gebouw funktioneert en
dat men toch de indruk krijgt dat het organisatiebureau toch
het spreekwoord "Wiens brood men eet, diens woord men spreekt"
heeft uitgevoerd. Dan meer dan in de zin van "Wiens woord men
schrijft" dan. Wij willen hier dan toch ook onze ongerustheid
daarover uitspreken. Vorig jaar hebben wij namelijk het ver
haal gehad over de bonus van de ambtenaren. Dat heeft dan
gezorgd voor een kleine najaarsbries. We zitten nu met het
afbreken van het georganiseerd overleg. Dat zullen we maar
rekenen tot een winterstormpje. Dan is onze fraktie toch bang
wat het volgende zal zijn want dan zitten we denk ik aan een
voorjaarsstormpje in dit gebouw. Daar willen wij toch onze
ongerustheid over uitspreken en dat het toch van enorm belang
is dat de nodige zorgvuldigheid hier in acht genomen wordt ten
aanzien van de procedure.
De VOORZITTER: Dank u. Ik zal mij in het antwoord op uw vraag
beperken tot wie het g.o.-overleg op dat moment heeft afgebro
ken. Ik zal op uw opmerkingen verder nu zeker niet ingaan want
dat vergt wel iets anders dan alleen maar een rondvraag. Het
is zo geweest dat bij het begin van de vergadering de leden
van het g.o. te kennen hebben gegeven ook een aantal argumen
ten die zij aanvoerden op dat moment geen behoefte te hebben
aan verder overleg binnen het g.o. Dat zij meenden op grond
van die argumenten dat op dat moment de vertrouwensbasis niet
voldoende aanwezig was. Ik heb heel kort die vier argumenten
gedeeltelijk becommentarieerd. Verder geconstateerd dat er
kennelijk op dat moment geen behoefte was aan een voortzetting
van de vergadering. Ik vond het op dat moment ook niet nuttig
om nog die vergadering voort te zetten want dan sta je toch
een beetje in het luchtledige te praten. We hebben toen beslo
ten om die vergadering op te schorten en vervolgens gevraagd
aan de vakbondsleden van het g.o. om even op mijn kamer te
komen om te praten van wat er nu precies aan de hand was en
vervolgens de vraag voorgelegd om die geruchten of die aantij
gingen of die argumenten die ter tafel werden gevoerd om die
duidelijk hard te maken zodat we een basis hadden om verder
het gesprek in te gaan. Zo is het gegaan. Dan constateer ik
dat wij aan het einde van de agenda zijn.
26. Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 25 april 1991,
de secretaris, <^e voorzitter,