het ligt. Is dan na de toelichting net, van de wethouder dat op praktische gronden mede is gebaseerd, behoefte nog om uw mening bij te stellen De heer HUIJPEN: Ja, meneer de voorzitter. Maar het gaat er niet zozeer om als zou het college dus zeg maar onvoldoende capabel zijn om de taakomschrijving en de opdrachtformulering naar de architect toe te vervullen. Het gaat eigenlijk heel veel meer dus eigenlijk om de mogelijkheid te hebben er van begin af aan betrokken te zijn bij de taakomschrijving en de opdrachtformulering. Dat was dus de invalshoek en ja, ik begrijp, dat het college daar niet aan wil voldoen, dus dan houdt het op. De VOORZITTER: Wat betekent dat als u zegt dan houdt het op? De heer HUIJPEN: Wat dat betekent ja dat ik hier verder helemaal niks mee kan dus dan houdt het op dan is het gebeurd. Dus als het college daar niet in tegemoet wil komen dan stel ik dat vast. Dan is er wat dat betreft geen ruimte meer. De VOORZITTER: Het voorstel is om, nou praat ik alleen over spoor twee, om daar nu wel de opdracht toe te verlenen. Maar u tijdens de rit regelmatig in de commissie daarover te rapporteren. Ja? De heer HUIJPEN: Ja ik begrijp dus dat het andere onderdeel, dat zit er dus niet in. De VOORZITTER: Nee. Ik breng het voorstel nu ter stemming. Dan kijk ik even rond. Ik neem aan dat u niet de behoefte heeft aan een hoofdelijke stemming. Ik neem aan dat de Partij van de Arbeid voor het voorstel is, zoals het er nu ligt. De heer VAN DEN BOSCH: Ja, een kleine stemverklaring, meneer de voorzitter, want ik weet niet hoelang we nog bezig zijn. Dus ik wou het nu zo'n beetje afronden. De VOORZITTER: Een beetje? De heer VAN DEN BOSCH: Een beetje ja. Dat woord krediet is inderdaad terecht opgevat. Maar dat doen we bewust, want we moeten toch verder. We moeten ook verder met elkaar. Maar we zijn hier kritisch in. Hè, dus u heeft zelf al geformuleerd, de wethouder ook wel, natuurlijk wil ik ze er wel bij betrekken. We moeten dat gewoon serieus en zakelijk doen. Dan zijn we daar voor in de markt. We moeten echt met een open vizier van beide kanten moet dat kunnen gebeuren. Ja. De heer HUIJPEN: Ja, ook wij willen verder meneer de voorzitter, dus wij zijn accoord met het voorstel, maar ik zou daarbij dus eigenlijk willen stellen dat we het constructief-kritisch zullen volgen. De VOORZITTER: Heren, ik constateer dat het door mij voor de laatste schorsing meen ik dat het was, geformuleerde voorstel, dat dat, althans samengevatte voorstel, dat dat nu de instemming van de raad heeft. Ik dank u zeer, het is een lang debat geweest. Ik ben blij met het bereikte resultaat. Wat mij betreft had het iets sneller gekund, maar dat is een ander onderwerp. Maar.... ik ben blij, dat we dit punt tot een besluitvorming hebben kunnen leiden. Dank u zeer. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 22. Voorstel tot het vervangen van het blusvoertuig van het korps Oudenbosch, gestati oneerd in Noordhoek 23. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor het aanschaffen van persluchtapparatuur ten behoeve van het brandweerkorps (91-094). 51

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1991 | | pagina 314