wat ik er van begrijp, maar is dat dan een handreiking. Als dat niet meer inhoud dan waarvan u zegt het meer handhaven van St. Anna en dan zegt u dat zijn dure kubieke meters, daarvan kunnen we dan eventueel nog eens zien of dat we daar woningbouw in kunnen realiseren, dan zeg ik dat dat geen handreiking is. Dan is dat mijn conclusie. Ik begrijp die opmerking niet, want u doet voorkomen alsof het een handreiking is, maar inhoudelijk, sec to the point, kan ik niet tot diezelfde conclusie komen en dat is ons probleem. Dat is het probleem van de WD. De heer DEN BRABER: Maar, meneer Huijpen, wat, wat kunt u nou van het college verwachten in het licht van de mogelijkheden die er zijn? Kijk, wij hebben te maken met de uitwerking van Basiliek en omgeving. En de handreiking bestaat hieruit, dat wij niet alleen de ideeën die daarin verwoord zijn, sec gaan vertalen, maar dat wij in aanvulling daarop, zodat een en ander met elkaar in overeenstemming te rijmen is, te maken is, de ideeën van uw fractie, die betrekking hebben op woningbouw ook nadrukkelijk onder de loep willen nemen. U pleit er voor om uw alternatief voor de volle honderd procent naast het ontwerp van de bestemming van Basiliek en omgeving te zetten, maar dan slaat u toch een hele belangrijke opmerking die door de PPC gemaakt is, slaat u dan toch over. En ik citeer hem letterlijk uit de brief van huppeldepup... 13 mei. "De PPC, sprekende over de alternatieven van CDA en WD is in deze wel van mening, dat zolang niet bewezen is dat woningbouw-invulling op basis van het richtgetal tot de mogelijkheden behoort, de alternatieven op dit punt onrealistisch en onuitvoerbaar zijn. "Kijk, met andere woorden en daarvoor staat er dat verruiming van die richtgetallen en contingenten dat dat onbespreekbaar is op niveau, op zich heel begrijpelijk in het kader van de landelijke ontwikkeling op het gebied van de volkshuisvesting zoals die door staatssecretaris Heerma zijn ingezet, dat met de wetenschap, dat we daar niet over hoeven aan te kloppen, is denk ik het alternatief van de WD zoals het hier staat niet erg realistisch en daarmee onuitvoerbaar. Maar wat ik niet uitsluit is, dat in beperkte mate in aanvulling op de doelstelling van de Basiliek en omgeving er enige woningbouw in St. Anna te realiseren zijn. En over hoeveel kubieke meters of hoeveel vierkante meters woningbouw dat dan gaat, ja, daarvoor schakelen wij nou die stedebouwkundige en de architect in om dat nou eens voor ons aan te geven hoe of die zaken met elkaar goed kunnen accorderen. Ja, ik heb het al eerder gezegd, u blijft de 661.000,--, u citeert daar uit de brief van de PPC van januari, dat bedrag klopt aardig met de haalbaarheidsstudie die wij eerder hadden gemaakt. Want het is twee en een half keer zoveel als het nu is. Dat is twee en een halve keer, dat is ongeveer vier ton meer dan het nu is en dat kwam ook uit onze studies. De heer HUIJPEN: Ja, in de doorrekening in een van de doorrekeningen van het college komt het bedrag 471.000,uit. Dit is twee ton meer. Ik verwijs naar de stukken. De heer DEN BRABER: Nee, u leest het verkeerd, er staat 661.000,— en de exploitatielasten, dat is twee en een half keer zoveel als het nu is. De heer HUIJPEN: Ik hoor dat er meer lasten zitten dus van 471.000,Van vier ton. De heer DEN BRABER: Van vier ton en die hadden wij ook al willen berekenen. Het weerstands vermogen en de begroting 1992, financiële randvoorwaarden, die, daarvan heb ik al gezegd voorzitter, dat die informatie aanwezig zal zijn op het moment suprème, wanneer wij dus inderdaad bij de raad om het grote geld gaan vragen. De rapportage van de architect moet ruim voor de besluitvorming zijn. Ja, oktober verwachten wij het voorlopig ontwerp en enige tijd later, zeg pakweg rond de jaarwisseling het definitieve ontwerp en de definitieve besluitvorming die valt in september, dus daar zit negen maanden verschil tussen, negen maanden die we nodig hebben om het definitieve ontwerp om te gaan zetten in een bestek en de aanbesteding en zo voor te bereiden. Ja, U, net als de WD vraagt u om een totaal nieuw alternatief daarbij te laten onderzoeken. Dat inhoudt bestaande gemeentehuis te handhaven. Als de raad zich daarin kan vinden, dan heb ik daar geen enkel probleem mee, maar dan moet de raad niet besluiten om honderdduizend, maar om tweehonderdduizend gulden uit te trekken, want dat zullen de meerkosten ongeveer zijn in de eerste termijn. Dan heb ik het nog niet over de bestekslag die daarna moet volgen, maar een vergelijkbare studie kost dus ongeveer honderdduizend gulden. Als de raad daartoe besluit, ik vind dat prima, alleen moeten we dan de termijnen waarop we de zaken bij u terug aanleveren wel wat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1991 | | pagina 300