De VOORZITTER: Nee, dat zeg ik ook net. Het is helemaal De heer WIJNEN: Nee, niet alleen dat er geen fractie bij staat. De VOORZITTER: Nee, goed, dan is dat een omissie, dan zal dat wel gemoeten hebben. Ik begrijp dat hierop overgestemd is. Ik was niet aanwezig in de vergadering en als daardoor dus een besluit van de raad is geweest op initiatief, zo vertaal ik dat dan, van hun kant, dan zal het verhaald moeten worden. Als er geen stemming over heeft plaatsgevonden denk ik dat we het niet moeten doen want dan wordt het een soort verkapt verslag weer van een raadsvergadering. Dat zal dan aangevuld worden. Nogmaals moeten we toch gezamenlijk zoeken naar de beste vorm van zo'n besluitenlijst. Het moet niet veel meer dan een besluitenlijst zijn maar daar komen we gezamenlijk wel uit. Die opmerking van de besluitenlijst van 31 januari, punt 3b, als kennelijk bijgaand ontwerp, zoals het hier vermeld staat, niet datgene dekt wat uiteindelijk het ontwerp is geworden dan heeft u gelijk en dan zullen we dat dienovereenkomstig aanpassen. Akkoord verder de besluitenlijst De heer WIJNEN: De bedoeling was er toezegging op te nemen. Toezegging. Er is eigenlijk op dat moment misschien overeenstemming bereikt over de feitelijkheid zoals die in het verweerschrift zou worden opgenomen maar er is toegezegd dat nagegaan zou worden in welke zin dat het overleg zou zijn weergegeven. Dat is eigenlijk toegezegd. En ik kan hier de brieven laten zien die ik van gemeen tewege ontvangen heb naar aanleiding van mijn opmerking dus dat is De VOORZITTER: Ik heb niet exact de besluitenlijst naast het verslag gelegd, als daar toezegging is gedaan zal die ook hierin opgenomen worden maar ik neem aan van u dat dat niet gebeurd is. We zullen dat even langslopen en dan zal het De heer WIJNEN: Ja. De VOORZITTER: Dank u wel. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, ik wil naar aanleiding van de besluitenlijst een procedurele vraag stellen. In het verleden hebben wij naar aanleiding van de begrotingsbehandeling steeds een overzicht gekregen waarbij vanuit b. en w., waarbij de toezeggingen die zijn gedaan ook voorzien werden van een voortgangscontrole, in die zin dat er achter een aantal kolommetjes verschenen van wie wat in behandeling nam en wanneer wat zou worden afgewerkt en wanneer de raad dat dan zou kunnen verwachten c.q. de commissie. Ik wil u voorstellen om dat met deze toezeggingen, maar overigens ook met de andere toezeggingen die ook in de, bijvoorbeeld, vergadering van februari zijn gedaan, om dat gewoon te doen zoals gebruikelijk was en dat dan vervolgens via de commissie ABZ, dat lijkt mij althans een zeer geëigende plaats, of wellicht dat u een scheiding maakt over de vakcommissie een voortgangscontrole toe te passen zodat telkens bij de commissievergaderingen men kan zien wanneer een stuk, of een stuk inderdaad geproduceerd is of dat de zaak aan de orde is of dat hij afgewerkt is etc. Kortom, de voortgangscontrole op toezeggingen lijkt mij goed georganiseerd te moeten worden. Dank u wel. De heer WIJNEN: Ik zou dit graag willen ondersteunen, dit voorstel. De VOORZITTER: Ja, ik denk ook dat het een heel verstandig voorstel is omdat ook binnen het apparaat, als ik dat zo mag uitdrukken, toezeggingen die politiek gedaan worden, bestuurlijk gedaan worden, natuurlijk een opvolging en inderdaad een uitwerking moeten hebben. Er bestaat wel een systeem dat dat gebeurt maar ik kan me ook voorstellen dat u daar behoefte aan heeft omdat als het ware met de vinger langs gelopen en een hoop vragen te vermijden van hoe staat het nu met dat en dat en dat, dat dat periodiek door u kan passeren. Ik stel mij voor dat dat binnen het college over de juiste manier, we houden ons even in beraad. Ik kan mij ook voorstellen dat het bijvoorbeeld niet nodig is om het in elke commissievergadering aan de orde te stellen maar dat je dat één keer per jaar bijvoorbeeld doet en dat soort praktische punten moeten ook voor u praktisch zijn maar ook voor ons en voor de ambtenaren om daarmee te werken. Daar komen we dan wel uit. U krijgt van mij de toezegging dat wij met zo'n soort lijst zullen gaan werken. Die bestaat al wel min of meer maar die 3

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1991 | | pagina 160