15
Bent U toe aan een stemverklaring aan het einde van deze
tweede termijn?
De heer VAN OOSTERHOUT;heeft een aanvullende vraag over de
eerste termijn, omdat ik meende dat een vraag niet beantwoord
was. Dus ik denk dat ik nu een tweede termijn tegoed heb.
De VOORZITTER; eens.
De heer VAN OOSTERHOUTToen enkele opmerkingen van mijn kant,
ook naar de heer Hage toe, om toch wat duidelijkheid te geven
omtrent de achtergronden van mijn vragen want hij was er in de
commissie al nieuwsgierig naar, ik zal toch gelijk antwoord
geven. Kijk met alle respect voor de commissie CAI want sinds
het bestaan van de commissie CAI is er binnen de commissie
zeer goed werk verricht. Laat ik daar heel duidelijk over
zijn. Daar is mijn fractie van overtuigd. Het feit, dat het
met ons CAI-bedrijf gaat, zoals het gaat, is denk ik dankzij
de constructie die we daarvoor hebben gekozen via de ex. art.
61 commissie, die is mij best wel duidelijk. Maar waar mijn
probleem zit is in de informatieverstrekking naar de raad toe.
Wij worden gevraagd om maar liefst bijna zeventigduizend
gulden boven de begroting die de LOVO, o pardon, nou vergis ik
me echt, die de commissie bij ons heeft ingediend en die we
goedgekeurd hebben, een crediet uit te trekken voor niet twee,
maar vier kanelen, dus twee kanalenkosten blijven ongeveer
vijftigduizend en vier kanalenkosten dan honderdzeventiendui
zend. Dus prijstechnisch lijkt me dat dan niet echt voordelig,
maar dat vindt ik peanuts in het geheel overigens. Waar het
mij om gaat is, dat ik ook graag wil weten welke achtergronden
dat dat heeft. Ik denk dat dat in normale communicatie tussen
ex. art. 61 commissie die de CAI is en de raad heel nadrukke
lijk is, want het primaat van een aantal zaken ligt heel
nadrukkelijk bij de raad. Onder andere het uittrekken van het
crediet en ik vind dat de achtergronden daarbij thuishoren.
Dan is de enige achtergronden is die ik in het verslag lees,
namenlijk, dat er een aantal mensen geïnteresseerd zijn in
CNN, dan denk ik bij mijzelf, ja goh, ik wil daar toch graag
meer over weten en misschien is er ook meer maar waarom wordt
dat niet gezegd en dat vind ik het povere van het voorstel dat
hier ligt. Ik twijfel er niet aan dat met beste weten en de
beste bedoelingen enintegriteit van ieder die daarbij betrok
ken is, dit verzoek aan de raad is gericht, maar ik wens graag
meer informatie over de wijze waarop dat net dan gexploiteerd,
wat de bedoelingen zijn, de achtergronden zijn van niet twee,
maar vier bijvoorbeeld. Waarom gekozen is voor ze zaken. Ik
denk dat je daar als Raad toch ook over geïnformeerd mag zijn,
althans ik vond en vind, dat ik daar naar mag vragen. Het
heeft dus niets te maken met de relatie tussen mij, mijn
fractie en de CAI-commissie. Ik wil die duidelijkheid. Dat
over de relatie naar het CAI toe en wat ik daarvan vind naar
de raad toe, ook. Voorzitter ik wil toch nog terugkomen op een
enkel aspect. Kijk, ik kan er vrede mee hebben dat en daar
moet ik een vrede mee hebben, want zo steekt de hele zaak dan
ook in elkaar, dat de criterea en de exploitatie bij de CAI-
commissie is. Maar als we komen op het punt, waarop de exploi-