over de juiste manier van informatie verschaffen en dat soort zaken, bovendien ook denk ik dat het ook zinnig is om in het dagelijks gebruik, of in het goede gebruik tussen fracties en mij als voorzitter van de raad dat het niet onverstandig zou zijn om tijdig te informeren dat er over bepaalde onderwerpen bepaalde problemen leven. Ik moet constateren dat drie van de vier aanwezige fracties dat op een hele plezierige manier doen. Ieder gaat daar mee om zoals hem dat goeddunkt en dat een vierde fractie dat niet doet. Dus laten wij ook afspreken dat wij dat wederzijds zo voortaan doen. Ik bedoel met name dat, tot nu toe is mij gebleken en ik spreek er verder geen waarde-oordeel over uit, dat voordat de raadsvergadering begint even geïnformeerd wordt aan de voorzitter, mede voor de planning van een vergadering en andere zaken, even geïnfor meerd wordt over dat en dat punt, zodat wij zekere opmerkingen en aanmerkingen hebben en wat dies meer zijU bent daar niet bijDe fractie van het CDA is daar tot nu toe, bij mij al thans niet bij en ik zou het op prijs stellen dat dat wel gebeurt. Maar wellicht kunnen wij dat buiten deze vergadering verder daar eens wat afspraken over proberen te maken. De heer VAN DEN BOSCH: dat nieuw is. Waar is dat met de andere drie fracties dan besproken? De heer VAN OOSTERHOUT: Dat is met mijn fractie in ieder geval nooit besproken, maar als wij problemen hebben met betrekking tot de procedure is het binnen mijn fractie wel de gewoonte dat we daarover in het college via de voorzitter, danwel de portefeuillehouder informeren en wat zij er dan mee doen is verder hun zaak. Er zijn geen afspraken over in de zin van dat het college de ene partij wel heeft uitgenodigd en de andere partij niet. De VOORZITTER: Over het informeren van de fracties naar de voorzitter van deze raad, ik weet niet of daar in het verleden afspraken over gemaakt zijn of daar überhaupt afspraken over zijn. Ik stel ook voor dat we dat nu ook niet verder uitdie pen. Dat we daar misschien straks even een korte bespreking over voeren hoe we daarmee omgaan. Wat betreft het initiatief over het ordevoorstel mijnerzijds over agendapunt 16 van de agenda voorlopig af te voeren, is voor het belangrijkste deel uit mijn koker afkomstig. Ik kwam tot de conclusie dat er ten aanzien van het onderdeel van het raadsvoorstel onvoldoende informatie is om op grond daarvan tot goede besluitvorming mogelijk te maken. Dat gaf mij de aanleiding om te zeggen van we trekken dit voorstel terug en geef ik via de commissie weer de gelegenheid erover te discussiëren. Naar aanleiding van de geluiden die ik hoor is dat mijn beslissing geweest om dat zo nu te doen. Daar moet u verder niet meer achter zoeken dan er achter zit. Ik kwam tot de conclusie dat de informatievoorzie ning op dit punt onvoldoende was. De VOORZITTER: Ja, maar aan de andere kant bepaal ik ook een beetje de orde van de vergadering. Het ware eleganter om dat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1991 | | pagina 112