45
14Rondvraag
De heer HUIJPEN: Dank u wel, mijnheer de voorzitter, zijn er
nog ontwikkelingen te melden met betrekking tot de LOVO?
De heer VAN OVERVELD: Ik zou niet weten welke ontwikkelingen u
bedoelt, tenzij u het over de ruimte heeft. Wij zijn bezig met
een accommodatieplan. Dat komt binnenkort in de commissie en
daarin staat ook wat wij met de LOVO willen. U heeft het
overigens uit de kranten kunnen vernemen wat dat ongeveer zal
inhouden. Ik heb begrepen dat men daar gelukkig mee is.
De heer HUIJPEN: Ja, ik lees de krant ook wel, maar ik hoor
het liever dus van het college hoe dat nou de stand van zaken
is natuurlijk, want de ene keer moet ik wel de krant lezen en
de volgende keer zegt u van ja, daar moet u niet op afgaan.
De heer VAN OVERVELD: Ja, u mag van mij lezen wat u wilt, als
u maar oppikt wat zinnig is en wat onzinnig is laat zitten en
dat bepaalt u zelf.
De VOORZITTER: Mag ik de rondvraag afronden, althans wat dit
betreft. U krijgt daar nog nadere informatie over en u leest
maar zelf hoe u wenst te lezen.
De heer WIJNEN: Ik heb een afschrift gekregen van een brief
van bewoners, of namens bewoners van de witte villa en omge
ving en die maken zich wederom zorgen over de gang van zaken.
Er is nog steeds niets gebeurd. Het is een jaar geleden dat
hier in de raad zeer nadrukkelijk gepleit is met een motie,
die is door het college toen niet noodzakelijk gevonden, die
is door de raad niet aangenomen, maar we hebben de resultaten
gezien en wederom vragen de bewoners van wanneer gaat het
college nou werkelijk iets aan de villa doen. Ik denk dat wij
die vraag hier weer wel eens een keer mogen herhalen. Wanneer
komt er nou eens echt iets dat bespoedigt dat duidelijk wordt
wat er met de villa, op welke wijze we die conserveren.
De VOORZITTER: Op dit moment, staat u me toe, dat er niet
meteen een antwoord op deze vraag komt. Wij zijn er net zo bij
betrokken als u. Ik zou u willen wijzen naar discussies die in
de besloten vergaderingen aan de orde zijn geweest over de
witte villa en op dit moment volstaan met mijn opmerking om u
hier nog geen antwoord over te geven.
De heer WIJNEN: Het gaat niet om de procedure ten aanzien van
laten we zeggen het beheer. Het gaat om het conserveren van de
villa. Dat is de essentie.
De VOORZITTER: Naar mijn informatie is op dit moment de villa
voldoende geconserveerd om in ieder geval behouden te blijven
vooralsnog en verdere plannen daarbij zijn volop in discussie.
De heer VAN DEN BOSCH: Ja, mijnheer de voorzitter, de fractie
heeft vorige week de informatie-avond bezocht over het DPO-
onderzoek. Wij hebben van het eerste deel van het informatie-