-43- geven en ook een reactie op de motie zoals die door de heer Huijpen namens de VVD en het CDA aan ons is voorgelegd. Ik stel vast dat in het betoog van de heer Huijpen nadrukkelijk wordt gesteld dat hij er van uitgaat dat er een koppeling bestaat, een onweerlegbare koppeling tussen de aankoop en het vervolgtra ject en de financiële consequentie daarvan dus impliciet zou zijn aan de besluitvorming van vanavond. Ik proef uit de motie een soortgelijke opvatting en veronderstelling en om die reden en u mag dat ook afleiden uit mijn eigen betoog, waarin ik sec ben ingegaan op de aankoop van St. Anna en nadrukkelijk heb aange geven hoe ik het vervolgtraject zie, maar los van de besluitvor ming van vanavond. Uit dat al mag u afleiden dat mijn fractie met de motie, waarin best elementen zijn die ook ons zorgen baren, uiteraard de financiële situaties van de gemeente. De afgelopen jaren hebben we gebrek aan informatie gehad en we zijn met een inhaalproces bezig. Dat soort zaken is talloze malen hier aan de orde geweest en ook door mijzelf aan de orde gesteld. Dus dat soort elementen kan ik natuurlijk best het standpunt van beide fracties billijken. Ik zou niet gezegd willen hebben, op geen enkele wijze dat dat niet zo zou zijn, maar met de comple te strekking die ertoe leidt dat dus de aankoop niet kan plaats vinden in het licht van die koppeling kan mijn fractie niet mee gaan. Ik heb verder naar de heer Van den Bosch toe in zijn betoog moeten beluisteren dat het CDA consequent zou zijn en de coalitie dat niet is, omdat wij niet onze eerste prioriteit hier in dit voorstel aan de orde hebben, de prioriteit tussen burger en bestuurder, de relatie burgers/bestuurders, maar de tweede hoofd prioriteit hoofddoel waarbij het gaat om de invulling van onze kom. Ik wil hem er toch op wijzen dat dat een misvatting is. Kijk, in de onderhandelingen die een aantal maanden geleden heb ben plaatsgevonden was één van de punten die voor ONS aan de orde was en die ook voor het CDA wellicht een rol speelde het punt stadsvernieuwing. Op dat punt vonden wij en vinden we nog dat een aantal jaren geleden ik heb dat in mijn betoog daar straks ook al aangegeven, bewust, doelbewust er goed beleid is ingezet en wij vonden en vinden dat dat zijn weg moet hebben. Wij proefden dat dat wellicht bij de andere kant, het CDA op dat moment, wat anders aan het worden was. Misschien was dat ook een van de punten die niet zo nadrukkelijk is uitgesproken, waardoor zaken gelopen zijn zoals ze lopen. Maar als u nou zegt van u bent niet consequent. Dat zijn we wel, want dat is een lijn die we eerder hebben ingezet voor de verkiezingen, in het verkiezingsprogramma van ONS vindt u en ook in het beleidsprogramma van de coalitie vindt u terug dat wij met betrekking tot de invul ling van de kom denken aan stadsvernieuwingsplannen, gebaseerd op de schets van Hoogenberk. Letterlijk de uitvoering, dat heeft u nergens gelezen. Dat zult u ook nooit lezen want dat kan natuur lijk gewoon niet. Je moet het ook in de tijd zien. Dus dat we niet consequent zouden zijn, dat zijn we heel wel. Ik heb zelfs in het beleidsprogramma, of in het verkiezingsprogramma geschre ven en ook in de verkiezingen een enkele maal aangegeven dat het ons wat waard zal zijn en het betekent dan ook dat zelfs als er een, ik heb dat daarstraks al aangegeven dus wat dat be treft is het een consistent verhaal. Zelfs als je voor een belang rijke zaak als deze als gemeente iets extra's zou moeten opleveren

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 99