-2- De VOORZITTER: Nou, het woord is wat dat betreft aan de raad. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, ik ben compleet verrast, verbaasd. Ik zit bijna 8 jaar, nee, meer dan 8 jaar in de raad en ik maak voor de eerste keer mee dat er een voorstel wordt gedaan om zo grootscheeps te wijzigen op de agenda die voorligt. Ik ben nog meer verrast door het feit dat van te voren dit ook of veel eerder dan nu dit ook duidelijk had kunnen worden gemaakt, zodat ik ook met mijn fractie daarover beraad had kunnen voeren en eventueel de gelegenheid had gehad om het beargumenteerd te kunnen ondersteunen. Dat moet ik nu stante pede maar bedenken. Mijn fractie heeft de stukken zoals ze hier liggen wel voorbereid. We hebben de stukken op dat ene stuk na wat betreft die grond- verkoop hebben we gehad op het moment dat daarvoor staat. Dus we hebben de gebruikelijke tijd gehad om de stukken voor te berei den. Ik vind het op dit moment vreemd, het komt mij vreemd over, dat binnen de fractie van het CDA, waar deze stukken ook eerder aan de orde zijn geweest in verband met behandeling in de com missie nu het argument wordt gebruikt dat men onvoldoende tijd heeft gehad om het voor te bereiden. Als nu de stukken veel later waren gekomen dan gebruikelijk dan zou ik het me kunnen voor stellen. Dat is dus niet het geval. Ja, ik ben ermee overvallen en ik moet zeggen dat ik ja, Het verzoek van de heer Van den Bosch zal ik best serieus nemen, maar ik zit er een beetje mee. Kijk, vanavond zit er een heel belangrijk punt aan te komen. Het verzoek van de heer Van den Bosch kun je ook zo uitleggen dat als we nu al nee zeggen dat de rest van de avond ook bedorven zal zijn. Nou, dat wil ik ook niet. De sfeer nu al meteen ver pesten. Nee, ik heb vorige week in de commissie ABZ een uitdruk kelijke poging gedaan om de zaak zakelijk te houden en dat wil ik dus ook vanavond graag doen. Ik wil bij mijn fractie beraden wat wij hier mee doen. Het ligt niet voor de hand, denk ik, om vast te stellen dat we op grond van de aangedragen argumenten, namelijk het eigenlijke argument is dat uw besluitvorming rekening hield met een normale vergadering in oktober, om nu daarop terug te vallen door partijen uit deze raad en u daarop te wijzen. Ik denk dat dat zou kunnen als deze raad daardoor, door die wijzi ging in het besluit om het alsnog vandaag hier te agenderen, zelf in tijdnood was gekomen om het goed te kunnen voorbereiden, maar dat is niet het geval, dus voorshands, ja, zit ik er een beetje mee. Ik wou het in eerste instantie, want ik denk dat er meer instanties komen, dat ik het hierbij laat. De VOORZITTER: Ja, misschien even ter verduidelijking, een aan duiding dat B W voornemens zijn iets op een bepaalde raads- agenda te plaatsen is een interne aanduiding. De heer HERMES: Dank u wel, voorzitter. Genoemde raadsvoorstellen hebben een grondslag gekregen in de commissies die daarvoor be stemd zijn en daar zijn ze ook al behandeld. Naar ons idee heeft iedere fractie en ieder gemeenteraadslid ruimschoots de gelegen heid gehad om zich te bestuderen op de problematiek die er aan vast zit en wij zien geen problemen om genoemde raadsvoorstellen vanavond te behandelen. De heer HUIJPEN: Ja, dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ook mijn fractie wordt overvallen met het voorstel van de heer Van

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 58