-8-
de huisvestingproblemen en ik zou dan ook willen voorstellen
om daarvan een rapportage naar de commissie WOS te doen en daar
kunnen we de discussie verder gaan voeren.
De VOORZITTER: Er zijn louter waarheden verkondigd op dit moment,
in die zin dat de gemeenteraad aan de Stichting Mensen zonder
Werk ruimte heeft toegezegd. We hebben maar een stukje daarvan
waargemaakt eigenlijk, door het kantoortje in het gemeenschapshuis
In overleg met de stichting is bij de renovatie van Fidei et
Arti, het gereedkomen daarvan, afgesproken dat hen ruimte gega
randeerd zou worden in Fidei et Arti, op het moment dat ze dat
nodig hadden. Die garantie hebben we als gemeentebestuur gegeven
en is ook naar het stichtingsbestuur van Fidei et Arti destijds
bij de start doorgegeven. Ik ben het ermee eens dat een dislokatie
verwarrend kan werken. In sommige gevallen ook kostenverhogend
kan werken, wellicht daarom ook niet altijd wenselijk is. Er
is niet altijd aan te ontkomen. In het reguliere onderwijs niet
en bij bijvoorbeeld basiseducatie De Lelie niet en ja, in dit
geval ook bij Mensen zonder Werk niet. Wat ons voor ogen stond
was en is om in het kader van zaken zoals ze nu staan te veran
deren ook de positie van de Stichting Mensen zonder Werk opnieuw
in ogenschouw te nemen. Maar het leek ons voorbarig om daar heel
concrete uitspraken over te doen, omdat we dat eigenlijk toch
moeilijk kunnen. Ik wil best in plaats van het verzenden van
de brief het gesprek aangaan met de Stichting Mensen zonder Werk
en daarvan verslag doen in de commissie welzijn, onderwijs en
sport om vervolgens met de commissie samen te bekijken wat wel
licht op iets kortere termijn er voor mogelijkheden of onmogelijk
heden zijn. Ik denk dat ik daarmee de essentie van uw opmerking
heb meegenomen. Dus ik zal in contact treden met de stichting.
Iemand nog naar aanleiding van de ingekomen stukken?
De heer VAN HOEK: Dan wordt de brief dus niet verzonden, voorzit
ter?
De VOORZITTER: Dan gaat er een ander soort brief uit, dan gaat
er een uitnodiging uit naar het bestuur van de Stichting Mensen
zonder Werk.
De heer VAN HOEK: En dan komt alles terug in de commissie?
De VOORZITTER: En het verslag daarvan zult u in de commissie
aantreffen.
De heer VAN HOEK: Maar het wordt toch gewoon geagendeerd in de
commissie neem ik aan?
De VOORZITTER: Ja, als ik dat u toezeg dan moet u daarvan uitgaan.
De heer VAN HOEK: Ja, nee, maar u zegt het verslag komt ter in
zage te liggen, maar ik wil gewoon dat het geagendeerd wordt.
De VOORZITTER: Nee, in eerdere instantie heb ik al gezegd dat
de zaak in de commissie terugkomt en dat daar besproken kan worden
hoe we verder gaan. Dat kan ik wel drie keer herhalen, maar
dat heeft denk ik verder weinig zin.
De heer VAN HOEK: Nee, als ik maar goed begrijp dat u het agen
deert. Dat wil ik alleen maar hebben en dat het niet maar zo
tussendoor geschoven wordt.