13
De VOORZITTER: Ja.
De heer VAN HOEK: Ja, dat is voor alle duidelijkheid. Wij
vinden goed, maar dat heeft u in onze algemene beschouwingen
kunnen lezen, dat wij toch ten aanzien van Fidei et Arti toch
een voorzichtiger beleid willen gaan voeren. Desalniettemin
heeft onze fractie zich daar nog eens over beraden en toch
gemeend met deze zaak akkoord te gaan. Toch zouden wij graag
van u toch willen hebben dat voortaan dit soort investeringen
in het plan in een investeringsplan van het cultureel centrum
meegenomen worden, zodat tijdig bekend is wat voor aanpassin
gen er nog moeten gebeuren. Kijk, wij begrijpen best dat
wanneer een cultureel centrum 1 jaar draait dat dan nog wat
aanpassingen benodigd zijn op grond van de eerste ervaringen,
maar wij vinden het toch vreemd dat na zo'n korte tijd alweer
zo'n grote verbouwing, of redelijk grote verbouwing nodig is.
De heer HUIJPEN: Ja, dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ja,
uit de stukken begrijp ik dat, ja, de entree is niet ideaal.
Het college streeft naar een optimaal gebruik van Fidei et
Arti, maar daarbij stellen we tevens wel vast dat we toch naar
Fidei et Arti nogal wat middelen blijven brengen en we hebben
dat ooit indertijd verwoord van dat is ondertussen een tempel
met een gouden dak geworden. Nu wordt het ook nog een tempel
met een diamanten entree begrijp ik. Met andere woorden, voor
ons is eigenlijk de grens wel bereikt en dit mede in het licht
van de toch benarde financiële positie van de gemeente. Wij
hebben dus kennis kunnen nemen van het begrotingsresultaat
voor 1991 enz. Per saldo betekent het ook, u hebt dat ook net
bevestigd, dat het leidt tot een verhoging van het tekort.
Nou, we dragen dus bij in de exploitatie van Fidei et Arti.
Dus betekent de lijn even doortrekkend, dat we dus meer bij
moeten dragen. Op zich heb ik daar best wat moeite mee. Ik
denk dat we dus op een bepaald moment duidelijk aan moeten
geven van de grens is bereikt en anderzijds is het natuurlijk
ook zo dat we middelen voteren die even verderop broodnodig
zijn en daar bedoel ik het gemeenschapshuis mee. En ja, mijn
fractie vindt toch in de sfeer van het akkommodatiebeleid, we
hebben er ook iets van gezegd in onze algemene beschouwinge
nen, dat de geldstroom dat dat toch wat eenrichtingsverkeer
gaat betekenen met betrekking tot de akkommodatiesDus, op
zich hebben we er best wat moeite mee. Ik heb duidelijk aange
geven dat voor ons de grens bereikt is.
De VOORZITTER: In antwoord op de vragen van de heer Van Hoek.
De suggestie met betrekking tot de budgetfinanciering die u
doet, doet u nu in de algemene beschouwingen. Ik denk niet dat
het past om in het kader van dit voorstel daar nu meteen
rekening mee te houden, maar wij komen daar bij de beantwoor
ding van de opmerkingen op de algemene beschouwingenen wel op
terug. Ik zal, want ook daar, u zegt het zelf al, het bestuur
bestaat 1 jaar, dus ook daar is wat gebrek aan ervaring in het
omgaan met dit soort zaken. Er doen zich dingen voor die ze
een jaar geleden niet voorzagen, zoals de behoefte aan een
kantoorruimte en een betere entree. Ik zal het bestuur duide
lijk voorleggen dat men in het vervolg, bij volgende begrotin-