-58- uitvoeringszeker is. Natuurlijk gaat de provincie niet in zee met het PvdA- en ONS-standpunt, van geef ons die 2 miljoen of wat minder of weet ik veel wat, wat we krijgen en we kijken wel wat we doen. Als het tegenvalt nou ja, dan zien we wel verder. Dat is toch geen basis om schaars gemeenschapsgeld aan te wenden, zeker niet de provincie als je de leidraad leest. Dus de loskop peling, voorzitter. Het enige wat de wethouder kan zeggen is dat hij met ambtenaren heeft gesproken. Wij kunnen zeggen wij hebben gewoon de provinciale verordening gelezen. De heer VAN OOSTERHOUT: Zullen we vaststellen, mijnheer Van den Bosch, dat de provincie het zelf wel zal uitmaken hoe het nou gaat. De heer VAN DEN BOSCH: Voorzitter, kijk, wij zijn een landelijke partijwij hebben ook naam in de provincie en ik vind het in uw visie, die loskoppeling, eigenlijk een soort plaatselijk beleid wat wordt gepleegd. U zou dat erg handig vinden als de provincie dat deed, maar als wij zien dat dat zo niet werkt dan spijt het mij zeer en ik moet ook zeggen, de heer Huijpen heeft er ook op gewezen, tot nu toe is het hele tijd een koppeling 100% geweest en ook nu nog want de wethouder houdt een scherp pleidooi voor de ambtenaren die aan een nieuwe behuizing toe zijn. Dus is het aan elkaar geknoopt, dus het is gewoon een fabeltje. Dus ik constateer met de heer Huijpen dat ik u er ergens wel erkentelijk voor ben om met die truc te komen, want het geeft ons gewoon te kennen dat u het zelf ook allemaal niet vertrouwd. Maar ik wil De heer VAN OOSTERHOUT: Nee, ik wil daar ernstig bezwaar tegen maken dat ik dat niet vertrouw. U legt dat verkeerd uit en ik vind dat eigenlijk lijken op het misbruik gaan maken van in wezen de ruimte die ik heb gecreëerd en dan ja, dan word ik eigenlijk een beetje boos, want daarom heb ik het niet gedaan. Ik heb aan gegeven wat ik zelf wil en dat heb ik ook vandaag herhaald wat ik zelf wil, waarvan ik weet dat mijn fractie nog steeds voorstan der is en die ruimte die ik u dan bied die gaat u dan uitleggen als afglijden en ik geloof niet meer in eigen zaken. Daar wil ik in ieder geval van gezegd hebben dat dat niet zo ligt en met betrekking tot het verschil tussen een landelijke en een politieke partij. Kijk, ik wil daar één ding over zeggen en dat is dit. Een landelijke politieke partij zal dan een andere politiek voeren als een plaatselijke zoals u zegt, maar wat ik hier nou hoor met betrekking tot lastenverhoging van burgers, waar de regeringsplannen uitdraaien op 200, per jaar per gezin, zitten wij hier te praten over een onroerend- goedbelastingverhoging straks, misschien, in welke orde weten we nog niet en dat kan helemaal niet. Lastenverhoging is hier dicht bij de burger is het een groot probleem, maar als het van hogerhand komt, van een hogere overheid, waar u contacten mee heeft, dan kan het blijkbaar wel, maar die herkent u dan waar schijnlijk niet. De heer VAN DEN BOSCH: Dit is een eigenaardige verantwoordelijk heidsdiscussie. Wij zijn hier verantwoordelijk voor de gemeente Oudenbosch net als ONS. De heer VAN OOSTERHOUT: U zegt zelf

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 114