-4- Herhuisvesting Gemeentelijke Diensten In de nota van aanbieding wordt meerdere malen gewag gemaakt van de plannen van herhuisvesting van de gemeentelijke diensten. In min of meer bedekte termen wordt tevens aangegeven, dat de verhui zing naar de gebouwen van St. Anna financieel haalbaar zou zijn. De V.V.D. is echter nog lang niet zo ver, Mijnheer de Voorzitter, want voor ons is de behoefte naar uitbreiding van de ruimte voor de gemeentelijke diensten nog steeds niet aangetoond. Onze conclusies uit het ODRP-rapport luiden, dat het met de beschik bare ruimte allemaal nogal méevalt. Vooralsnog blijven wij daarom bij ons standpunt, dat een eventuele aankoop en inrichting van St. Anna niet verantwoord is vanuit de argumentatie, dat er toch erg kostbare voorzieningen noodzakelijk zijn. Nogmaals, deze noodzaak is niet aangetoond. Stadsvernieuwing Met het aanvaarden van de struktuurschets "Stadsvernieuwing" heeft de gemeenteraad zich in 1988 uitgesproken voor het plan "Hoogenberk Ook de V.V.D. was ingenomen met de ideeën, welke in de struktuursche ontvouwd werden. Het plan "Hoogenberk" sprak bij de presentatie de V.V.D. in eerste termijn wel aan, alhoewel een financiële doorre kening ontbrak. Wij zijn echter inmiddels bijna 2 jaar verder en het is duidelijk, dat Oudenbosch in een zodanige benarde financiële positie is geraakt dat wij ons geen dure planologische bokkensprongen kunnen veroorlo ven Realiteitszin is derhalve geboden en wat de V.V.D. betreft, betekent dit, dat wij onze beperkte middelen moeten aanwenden om te trachten te behouden, wat het behouden waard is en niet meer dan dat. Voor ons hoeft er niet langer tijd en moeite besteed te worden aan het streven naar de ombouw van het gebied rondom de Basiliek tot een soort kosmopolitisch centrum. Het zal allemaal al duur genoeg worden om het verval van het bestaande te voorkomen. Bovendien is het voor de V.V.D. geen vanzelfsprekendheid, dat in de toekomst vrijkomende gebouwen door de gemeente worden overge nomen. Daarom zullen wij elk particulier initiatief, dat kan leiden tot het behoud van de vrijkomende gebouwen van de congrega ties, van harte steunen. Tenslotte zijn wij van mening, dat ook de congregaties zelf een taak hebben en een rol dienen te vervullen in het zoeken naar vervangend gebruik van deze gebouwen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 69