-43- gemeentelijke bezuinigingen die ons opgelegd zijn, opgedrongen zijn in de vorm van een vermindering van de algemene uitkering, zowel relatief als absoluut op sommige momenten die wij dus nu voor de kiezen krijgen en dan zeg je die financiële situatie die vraagt om een stukje sanering en in dat kader, maar eerder in het kader van het profijtbeginsel komt mijn fractie tot de slotsom dat dit weliswaar niet leuk is, maar dat het feiten zijn waar we in wezen ons beleid in het verleden, maar ook nu nog op moeten stoelen. Op feiten die ons in ieder geval vragen om dit soort besluiten nu te nemen. En ik hecht eraan, mijnheer de voorzitter, om vast te stellen dat het niet een kwestie is van zomaar een ingeving en voor degenen die de stukken erop willen naslaan die zullen zien dat er ook meer achter heeft gezeten en nog steeds zit dan alleen maar die bruto bezuiniging, alhoewel, ik onderstreep dat nogmaals, naar de buitenwacht toe, naar de burger toe als zodanig gepresenteerd. Ik denk dat daar wij momenten hebben gekend waarop we als raad flinke uitgaven hebben kunnen doen in de vorm van verbe teringen aan de sportakkommodatiesde sportvelden van VES, een akkommodatie in de vorm van Fidei et Arti die enorm verbeterd zijn en andere voorzieningen die we treffen, de verbetering van het zwembad heb ik ook mogen beleven. Dat zijn toch voor zieningen die we ook onze burgers in het vooruitzicht hebben kunnen stellen of die we al gerealiseerd hebben, dat er op een bepaald moment ook een prijskaartje aan hangt En als de heer Van Hoek dan zegt van ja maar, onze gemeente is al veel duurder dan de gemeenten in de nabije omgeving, dan constateer ik alleen maar dat onze gemeente helemaal niet zo duur is als je het over de hele linie gaat vergelijken. Ik denk dat je dan alle tarieven bij elkaar moet nemen, want de ene gemeente zal net zo goed als het ene land, het ene land zal meer directe dan indirecte belastingen vragen en het andere land omgekeerd. Zo moet je het per gemeente ook bekijken en ik denk dat de prijs-situatie zoals we die in Oudenbosch kennen op dit moment helemaal niet er een is waarvan je zegt nou, dat is dus hiermee definitief onbetaalbaar geworden. Eerder hoor ik signalen uit het veld letterlijk en figuurlijk, dat het bezoek terugloopt aan de sporthal omdat bijvoorbeeld de tijd van voetbaltournooien en dat soort zaken, de zaalsport, enigszins aan het tanen is en ja, dat kan ook met smaak te maken hebben. Je leest in arti kelen dat mensen steeds vaker overgaan, jongeren steeds vaker overgaan tot het beoefenen van individuele sporten in plaats van teamsporten. Misschien dat dat soort zaken hier ook speelt. Kortom, dat wordt uitweiden. Ik denk dat er dus ook andere zaken aan te wijzen zijn dan alleen maar tarief-oorzaken en dat het college dus in principe marktgericht denkt, dat is naar mijn gevoel heel duidelijk als je zegt van ja, de prijs elasticiteit is bij het bezoek, het gebruik van de sporthal, toch wat groter dan elders blijkt en daar willen we dan toch een matiging in aanbrengen om onszelf inderdaad niet via een prijsverhoging een lager bedrag aan inkomsten te zien innen. Ik denk dat het heel verstandig is, ik denk dat het een wijs besluit is om dat dan ook zo voor te stellen. Dus ook daar hebben wij geen moeite mee. Nogmaals, ik sluit het hier maar mee af. Ik vind het niet leuk om tariefverhogingen in het voor uitzicht te moeten stellen, maar als ik zie wat er soms op

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 324