-41- om te kijken of deze verenigingen eventueel meer zien in het leveren van een bijdrage in het onderhoud om de kosten te drukken of de keuzemogelijkheid te laten om een grotere bijdrage anders zins te geven. Er ontbreekt ons inziens een beleid. Het ging vorig jaar in de sportadviesraad duidelijk ter sprake is gekomen, maar ja, een sportadviesraad vond men nu niet meer nodig. Tot slot, mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie kan geen goedkeuring geven aan uw voorstel tot verhoging van de sporttarieven met 5% c.q. 10%. Wel akkoord kunnen wij gaan met het percentage overheidstarieven van 2,3%. De heer HERMES: Dank u wel, voorzitter. Ik moet even mijn tranen wegvegen, sorry hoor, maar het is echt een ontroerend verhaal. Maar ik wil het toch laten bij één opmerking en dat is naar alle twee de fracties toe. Wat hier wordt voorgesteld is een gevolg van de afspraken die gemaakt zijn in 1983, die nog eens opgenomen, bevestigd zijn in het beleidsprogramma van 1986, het is moeilijk hè, maar in 1986 een beleidsprogramma wat door alle fracties is onderschreven, wat dus van alle fracties steun heeft gekregen. Daar is dit een gevolg van. Dat zijn afspraken die gemaakt zijn en dan kun je wel zeggen van ja, mijnheer Huijpen zegt een verkiezingsstunt, ja God, mogen wij ook eens een keer. U bent er vier jaar mee bezig, mogen wij dan ook een keer alstublieft. Ik vind het een kinderachtige opmerking om dat naar voren te halen. Dat slaat gewoon nergens op. Ik wijs er nog een keer op: afspraken uit 1983 die bevestigd zijn in het beleidsprogramma van 1986, ondertekend het beleidspro gramma 1986 door alle vier de partijen, onder steun van alle vier de partijen en dan moeten ze nu niet gaan vertellen dat het college wat er nu zit en het vorige college alles verkeerd heeft gedaan dat gaat gewoon te ver. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, dit is de laatste fase, die in het vooruitzicht gesteld was bij het beleidsplan wat in 1983 is gepresenteerd. Dat betrof de harmonisatie, standaardi satie van de sporttarieven. Ik weet hoe het in elkaar steekt. Ik denk dat ik dat ook heel goed kan weten, menigeen zal begrijpen waarom ik dat goed weet, maar het is nooit begrepen. Het is altijd uitgelegd als éénrichtingverkeer in de zin van het gaat om bezuinigen en dat was inderdaad de derde doelstelling. Daar wordt alleen maar op geleund, op de derde doelstelling, op bezuiniging. Maar er waren er dus drie, ik herhaal: Standaar disatie, ik ga het niet uitleggen, want daar zijn nota's over, er is meerdere malen uitgelegd wat daar mee bedoeld is, wat daar achter steekt, als ik daarop ga doorvragen dan denk ik dat ik op sommige plaatsen echt op een lege plaats stuit, de harmonisatiedat was het tweede element en het laatste is nogmaals bezuiniging. Daarvoor waren een aantal fases nodig en dit is de laatste. Die had eigenlijk vorig jaar gemoeten, maar al jarenlang, vanaf het begin is een deel in deze raad gekant tegen dit plan, omdat het uitgelegd was als een bezuini gingsplan. Het was overigens noodzakelijk in het jaar 1983 omdat het regeringsbeleid erop gericht was en er zijn toch partijen die er meer van weten, om gemeenten meer heffingen te laten doen in het kader van het profijtbeginsel. In dat kader hadden wij ons een doelstelling moeten stellen met betrek-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 322