-15-
De heer JONGENELEN: Ik wens de aantekening dat het CDA tegen is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen, onder
aantekening dat de fractie van het CDA tegen dit voorstel is.
12. Voorstel tot het beschikbaarstellen van 2.000,ten behoeve van
het vijftigste jaarboek van de Oudheidkundige Kring "De Ghulden Roos"/wij-
ziging gemeentebegroting 1990
De heer HUIJPEN: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. De VVD-fractie heeft
toch wel wat moeite met het voorstel en wel om de volgende reden. Dat
is dat wij ons afvragen dat in welke mate is er nou sprake van direct
gemeentelijk belang? Dat was met name een van de uitgangspunten waar we
dus in het verleden altijd beleid op gebaseerd hebben en ja, het is toch
zeg maar bijzonder matigjes waarvan je dit zou kunnen zeggen. We zouden
er eigenlijk heel veel meer voorstander van zijn om dus zeg maar die
plaatselijke heemkundekring, de plaatselijke beoefenaars van de geschiede
nis, om die wat meer gelegenheid te geven in financiële zin. Ik vind ook
het bedrag vrij fors. En ik weet wel in technische zin gaat die vergelij
king natuurlijk niet op, maar als je het vergelijkt met de bijdrage voor
de plaatselijke heemkundekring en die praten dan over 0,04 per inwoner
en hier praten we over een bedrag van 2.000,Dus resumerend, voorzit
ter, de nodige moeite met het voorstel.
De heer VAN 0VERVELD: Ja, mijnheer Huijpen, uw reactie verbaast mij even,
omdat van een soortgelijke reactie in de welzijnscommissie geen sprake
was. In hoeverre er direct gemeentelijk belang is. Wij hebben een archi
varis die binnen deze gemeente werkzaam is en op het moment dat hij zaken
aandraagt die hij van direct belang vindt als deskundige daarvoor inge
huurd zijnde, hebben wij weinig reden om daar direct grote bezwaren tegen
te maken. U veronderstelt dat dat geld wellicht nuttiger besteed zou zijn
aan de eigen heemkundige kring, maar dan wijs ik u er toch op dat zelden
een vereniging in Oudenbosch zo snel een onderkomen heeft gekregen als
de heemkundige kring en datzelfde geldt eigenlijk voor de subsidiëring
als er geen duidelijke tekorten zijn dan ja, dan is de noodzaak tot verde
re subsidiëring natuurlijk niet direct aanwezig. Dus ik denk dat dat er
toch tamelijk los van staat. Ja, het bedrag wat u fors of niet fors vindt,
dat is uw subjectieve mening, denk ik. Daar kan ik niet in treden.
De heer HUIJPEN: Ja, in het kort, mijnheer de voorzitter. Ik probeer dus
objectief de zaak te benaderen. Dat is één en twee, met betrekking tot
de bijdrage in de welzijnscommissie, vooraf maak je dus een afweging en
daarna denk je ook nog wel eens wat na, tenminste dat gebeurt mij wel en
ja, dan zijn er toch vaak nieuwe dingen die naar de oppervlakte komen en
dat draagt dan weer bij tot de juiste afwegingen, mijnheer de voorzitter,
althans dat proberen we dan in alle objectiviteit te benaderen. We blijven
het bedrag dus fors vinden, maar ja, die kanttekening zou ik er wel bij
willen maken en we zijn niet direct tegen natuurlijk, maar het is toch
wel een schril contrast vind ik, ja. En dan die accommodatie ja, prima,
die mensen hebben het daar goed mee getroffen. Opmerkelijk ten opzichte
van diverse andere instellingen, maar ik denk niet dat dat op dit moment
aan de orde is.
De heer VAN OOSTERHOUT: Ik steun het betoog van de heer Huijpen in zoverre
dat in onze eigen gemeente binnen de eigen heemkundekring dit soort pro-
dukties plaatsvinden dat we daar inderdaad ook ruimte voor moeten zien
te vinden. Dat vind ik toch een suggestie die zeer waardevol is, waarmee