-20- Bij het tamelijk plotseling overnemen van allerhande zaken, onder andere de portefeuille waartoe dit behoort, zijn wij daarbij voorbij gegaan aan het feit dat dat eigenlijk eerst behandeld had moeten worden in de commissie ABZ. Daarvoor onze excuses. Wij houden dat nauwlettend in de gaten in het vervolg. Dit is puur een vergeten zaak. Voor het overige vraag ik de wethouder tot het behandelen van de vragen over te gaan. De heer DEN BRABER: Ik zal mijn best doen. Ten aanzien van ja, het zijn een beetje verzamelopmerkingen dus ik loop ook maar links en rechts door de agenda. Ten aanzien van die grondver- koop aan Van Agtmaal is het zeer wel denkbaar dat bij discussies in ABZ over die grondverkopen, waar een soort wedstrijd aan vooraf gegaan is, dit is de tweede keer dat wij zo'n soort wedstrijd gehouden hebben, waar in dit geval Van Agtmaal als beste uit naar voren is gekomen, dat we inderdaad over de inhoud van de wedstrijd ook in ABZ u informeren, zodat u weet waarom het college een bepaalde voorkeur heeft uitgesproken. Ten aanzien van het ter inzage leggen bij de raadsbesluiten van de wijzi gingen van de gemeentebegrotingen of de begroting van takken van dienst is te zien dat wij er deze keer in geslaagd zijn ik denk bij alle agendapunten die begrotingswijziging inderdaad voor u ter kennis te brengen. Ik beloof niet dat dat op de dag zal zijn dat u de raadsstukken bereiken, want dat is inmiddels op uw verzoek een dag vervroegd, maar ik wil wel toezeggen dat wij tot het uiterste zullen gaan om in ieder geval vlak voor de raadsvergadering en zo vroeg mogelijk, wellicht al voor het weekend, het weekend daaraan voorafgaand, die wijzigingen ter inzage te zullen leggen in de agendadossiers. Ja, dan vragen de heer Huijpen en Van Oosterhout vragen over een evaluatierapport om te kijken van hoe heeft zich die verkoop in de Bosschendijk zich nou ontwikkeld en wat voor soort bedrij ven hebben we daar nou gekregen, zijn dat lokale of regionale of daarbuiten. Ik denk dat het een zeer hanteerbaar instrument is om ons eigen industriegrondbeleid verder gestalte te geven naar de toekomst toe, dus ik zeg graag toe dat we daar werk van zullen trachten te maken. Ik kan op dit moment niet inschatten hoeveel werk daaraan vast zit maar zodra ik dat weet zal ik u informeren op welke termijn wij u zo'n rapport zullen kunnen aanleveren. Ja, het zijn de laatste grondverkopen aan de Bos schendijk, we zijn daar totaal uitverkocht. De heer Huijpen pleit er voor om de verkaveling van Mark III nog een stukje door te voeren en daar kleinere kavels te maken. De heer Hermes vraagt waar kunnen we nu nieuwe van die kleinschalige bedrijven vestigen en de heer Van Oosterhout vraagt is het geen tijd dat we eens praten over een discussie over een nieuw industrie gebied. Ik heb eigenlijk een tussenoplossing, want wij hebben nog een flinke lap liggen aan de Industrieweg, naast de papier fabriek. Ik heb in studie laten nemen te onderzoeken of een verkaveling van dat gedeelte op de schaal van het industrieterrein aan de Bosschendijk mogelijk is. Ik weet ook hiervan niet hoeveel voorwerk daaraan vast zal zitten, maar ik denk dat wij ergens in het najaar en ik hoop dat dat ergens in augustus zal kunnen zijn, wij in ABZ best eens zouden kunnen praten over de uitwerking van dat idee en als dat niet zo'n geslaagd idee is dan denk ik dat we met nadruk zouden moeten kijken naar het voorstel

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 301