-12- die eigenlijk bedoeld is om die niet op te nemen in de notulen. De heer WIJNEN: Dat kunt u nou wel zeggen, maar zo werkt dat toch? De VOORZITTER: Nee, dat werkt alleen als je alleen uiterst formeel de zaak benaderd. Als je het naar de bedoelingen wil oppakken dan denk ik dat je moet zeggen nou, op deze manier is een praktische oplossing te vinden voor een anders ellenlang verhaal, waarin niks nieuws verteld wordt ten opzich te van de korte pakkende tekst die de beide heren hebben uitgesproken. De heer HUIJPEN: Mijnheer de voorzitter, dan kunnen wij ons beperken dus tot de korte tekst die dus uitgesproken is, want verder is er niks nieuws te melden zegt u. De VOORZITTER: Nee, dat zeg ik niet, u luistert kennelijk buitengewoon slecht. Ik zei dat de heren een aantal zaken hebben aangestipt uit hun tekst, maar dat hun tekst naar hun eigenlijk oordeel de inbreng moet zijn in deze vergadering. Ja, het is natuurlijk flauw om te zeggen de raad heeft hier het laatste woord in. De heer WIJNEN: Het reglement van orde schrijft het ook voor. De VOORZITTER: En daar waar het reglement er niet in voorziet, de raad zelf en ja, ik weet niet of u zich het telraam van daarstraks nog herin nert. Ik had een praktischer oplossing voorgesteld. De heer HUIJPEN: Mijn fractie heeft er geen moeite mee, mijnheer de voor zitter. Ik denk dat het formeel niet klopt, maar wij hebben daar geen moeite mee. Ik bedoel, vrijheid blijheid, onze partij eigen. De VOORZITTER: Zullen we de vreugde van de heer Huijpen dan maar delen mijnheer Wijnen? Ik stel voor dat wij overgaan naar agendapunt 5. 5. Voorstel tot verkoop van pachtgrond ,met wijziging gemeentebegroting 1990 en wijziging begroting 1990 grondbedrijf De heer HUIJPEN: Mijnheer de voorzitter, is het voorstel in de presentatie niet wat onvolledig, wanneer ik het vergelijk met het volgende voorstel? De VOORZITTER: Ja, u bedoelt dat de prijs ontbreekt. De heer HUIJPEN: De prijs ontbreekt ja, en de oppervlakte ook in dit voor stel, dacht ik. In de andere, dat is op dit moment niet aan de orde, maar daar ontbreekt ook wat aan. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, ik heb denk ik een opmerking in dezelf de strekking als de heer Huijpen. Een aantal vergaderingen terug heb ik daarnaar gevraagd om eenheid te brengen in de voorstellen, zowel wat be treft aankopen van grond als het verkopen, want in het ene voorstel vind je wel een prijs, het andere niet, het andere wel een oppervlakte en het andere weer niet en omgekeerd. Eenduidig in elk voorstel zowel wat betreft aankoop als verkoop, voorzitter, dat zou ik zeer op prijs stellen, want dit is geen goede gang van zaken. De heer WIJNEN: Ik ben het daar helemaal mee eens, mijnheer de voorzitter. Wat beogen we eigenlijk met zo'n preadvies op te stellen. Naar de burgers duidelijkheid te verschaffen, naar de raad duidelijkheid te verschaffen en dat, zoals de heer Van Oosterhout, we hebben daar al dikwijls genoeg op gewezen, er moet gewoon een uniforme lijn in zitten van de meest essen tiële zaken moeten er in zitten. Niet zozeer de koper is belangrijk, maar ook wat de consequenties zijn voor de gemeente.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 28