-8-
voor ons de consequentie dat we eerder toch tamelijk dure
touwen, turntoestellen, balken etc. moeten vervangen omdat
ze regelmatig onder water lopen. Puur condens. Nou met betrekking
tot de uitgavenstopdaarvan heb ik al opgemerkt dat het zaken
zijn die toen nog op de rol stonden en die wij gewoon afwerken,
omdat daar overleg over is geweest met betrokkenen etc. en
zij niet de dupe mogen worden van ander beleid binnen de gemeente,
wat later is vastgesteld. Die opmerking met betrekking tot
gemeentegaranties en te veel verleende subsidies, die laat
ik voor wat ze zijn. Wanneer er subsidies te veel zijn dan
komt datgene wat teveel is verleend terug in de post onvoorzien.
Dat gebeurt ook eigenlijk voortdurend. Vandaar dat die post
onvoorzien voortdurend fluctueert. Dan is hij wat groter, dan
weer wat kleiner en als je ziet dat je met 65.000,ongeveer
begint en halverwege het jaar zeg maar op 53.000,in de
post onvoorzien zit, dan heb je daar nog niet zo gek veel van
opgesoupeerd. Dan ben je tamelijk zuinig geweest en bij de
afrekening van subsidies zien we telkens nog middelen terug
vloeien in die post onvoorzien, omdat er uiteraard naast wel
licht een enkele tegenvaller, er de nodige meevallers wel zullen
zijn. Dat er een goede afweging gemaakt moet worden, dat is
duidelijk. Dat doen wij ook. Opmerkingen met betrekking tot
de vervolgkosten van de reorganisatie laat ik zitten. Dat we
uiterst voorzichtig met de post onvoorzien omspringen dat heb
ik gepoogd u duidelijk te maken door te zeggen wij werken zaken
nog af conform de wijze waarop we dat deden van voor de afspraak
met betrekking tot het "pas-op-de-plaats-beleid"Daarna zullen
wij voor elk nieuw beleid nadrukkelijker met een ander voorstel
proberen te komen. Welke objectieve criteria liggen eraan ten
grondslag om de post onvoorzien te gebruiken. Dat is een vraag
van dermate algemene strekking dat hij denk ik niet op dit
moment aan de orde is in de beantwoording, omdat ik probeer
aan te geven dat er ten aanzien van het beleid, ten aanzien
van het omgaan met de post onvoorzien, twee manieren zijn,
die van afwerken wat we hebben aangekaart voordat deze raadsperio
de begon en waarvan overleg en dergelijke zijn afgesloten voor
die tijd, en de wijze waarop we dat daarna doen. Wanneer de
raad als beleid uit zou spreken dat de post onvoorzien op een
bepaalde wijze dient te worden besteed, dan denk ik dat dat
in eerste instantie een discussie is die in ABZ zou thuishoren.
Frustratie in commissiewerk, dat is diezelfde frustratie waar
ik als ik probeer om in de commissie duidelijk te maken dat
we niet met nieuw beleid komen, maar dat dit een afwerking
is en zo zal er nog een enkel geval zijn van zaken die er eigen
lijk al langer lagen en waarbij ik soms in een enkel geval
zelfs op verzoek van de commissie op sommige vragen ben ingegaan.
De heer VAN DEN BOSCH: Ja, voorzitter, bedankt voor het schetsen
van de enige mogelijkheid die nog overgebleven is, hoe je met
deze voorstellen dan moet verder gaan. Ik denk dat wij als
fractie zeggen van nou we kunnen niet serieus genoeg nemen
de financiële situatie van Oudenbosch, want deze voorstellen
werden opgesteld, die hadden in januari al naar de raad gestuurd
kunnen worden, want als het water van de muren druipt zal dat
niet rond de jaarwisseling zijn begonnen. Dus de zaken zijn