-3- lijk zeg maar de begroting 1990 goedgekeurd door de meerderheid van de raad en is de nood nu zo hoog dat dat tot deze handelwijze moet leiden? Daarnaast is het zo dat dat toch wel een belangrijke wijziging in het beleid inhoudt volgens onze visie en ik denk dat het goed zal zijn dat op korte termijn de raad middels de commis sie ABZ geïnformeerd zal worden. De heer WIJNEN: Mijnheer de voorzitter, die brief is op 28 maart gedateerd en is toen blijkbaar ook uitgegaan. Wij vragen ons als CDA-fractie af waarom dat hij pas toen uitgegaan is naar de be treffende hoofden van dienst, want twee maanden eerder was de ont- werp-begroting klaar en toen bleek het eigenlijk al dat er onver wacht, want u kon het niet, want ik heb daar vragen over gesteld, onmiddellijk na het bekend worden waardoor dat kwam en nu consta teert u eigenlijk hetzelfde en zegt van ja, nu moeten we er toch wat aan gaan doen. Waarom gebeurt dat nu pas? Vervolgens staat er nog in de brief dat er een vergelijkende budgetanalyse gestart zal gaan worden door het onderzoeksbureau van de VNG en op welke termijn worden daar uitkomsten van verwacht. Hoe moeten we dat zien. Is dat al een gestarte actie of wordt daar nu nog over ge praat, want er is eerder in de begrotingsbehandeling afgesproken dat er of tenminste toegezegd dat er op 8 mei overleg zou zijn over de financiële situatie. Zijn er dan al stappen in die rich ting of wordt er gezegd nou, dan weten we of dat het betreffende bureau daaraan gaat werken. Dan die voorstellen zoals die omschre ven zijn van de ombuigingsproblematiek via bezuinigingen, ver schuivingen en zoeken naar andere soorten dekkingsmiddelen. Ja, ik vraag me af hoe concreet moeten mensen die die brief hebben ontvangen daar nou mee omgaan. Is het nou zo dat alles stilgelegd wordt, dat er een uitgavenstop is of zo, dat gezegd wordt er mag helemaal niks meer of is het nog dat er bepaalde zaken dan weer onderhevig zijn aan goedkeuring van de betreffende commissie van ABZ danwel de functionele commissie of krijgen we nou geen voor stellen meer in commissies. Dat is eigenlijk mijn vraag. Dat bete kent natuurlijk dat er een heleboel ambtelijke capaciteit ook stilvalt wat werkvoorbereiding betreft. De heer VAN 00STERH0ÜT: Voorzitter, ik heb namens mijn fractie bij de algemene beschouwingen al gewezen op de precaire situatie en de noodzaak om bijvoorbeeld via ABZ toch met betrekking tot de financiën de vinger zeer na aan de pols te houden. In de passa ge die daaraan gewijd is en de discussie die we daarover hebben gehad ook in tweede instantie is eigenlijk bedoeld een beleid, een financieel beleid waarbij er toch min of meer, zoals hier ook staat, pas op de plaats moet worden gemaakt. Ik vind dat de uit werking die hier nu voorligt in de gegeven omstandigheden waarin we toch moeten proberen even precies op een rij te krijgen waar we nu wel en waar we nu niet staan, dat we hier heel erg goed aan doen. Ik moet u zeggen dat dat past, dat het voorstel onder 6 ook geheel past in de lijn zoals wij hem hebben bedoeld voor de kor-; te termijn. Ik wil u daarom vragen om aanvullend op dit stuk mij en de raad aan te geven voor welke periode u dit "pas-op-de- plaats-beleid" wil toepassen. Ik denk dat het verstandig is om er een bepaald tijdsbestek aan vast te koppelen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1990 | | pagina 204