-11-
11.3. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21
van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor een gedeelte van het bestem
mingsplan Albano lob B
De heer HUIJPEN: Ja, akkoord met het voorstel, mijnheer de voorzitter,
maar ik zou willen vragen, die wijziging van die bouwplannen, heeft dat
nog gevolgen voor het tijdstip waarop de grond betaald is of wordt
De VOORZITTER: Nou, dat moet uiteindelijk geen gevolgen hebben, want bij
het verkopen van grond wordt er een relatie geregeld tussen de gemeente
en de koper, waarbij bepaald wordt de uiterste datum waarop de grond moet
worden getransporteerd. Nou, op dat moment moet ook het geld betaald zijn.
Soms is het zo dat er al eerder rente moet worden opgebracht. Als dat mo
ment hier voorbij is dan is dat geen punt. Als dat moment nog moet aan
breken is het niet van invloed, maar dan is dat gelegen in de voorwaarde
waaronder we verkocht hebben. Maar concreet weet ik het niet. Kijk, je
kunt ook een plan maken voordat je de grond tranporteert. Dus je kunt een
plan maken en je kunt dat plan ook nog een keer wijzigen daarna. Het hangt
een beetje af van de wijze waarop dat geregeld is en dat weet ik niet.
Zal ik het nagaan en het u laten weten Dat doen we.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.
Na opheffing van de schorsing stelt de VOORZITTER aan de orde:
12. Beslissing op bezwaarschrift van de R.K. Boerenbond "St. Bernardus"
De VOORZITTER: Mag ik u voorstellen, waar ons voorstel is om te conclu
deren dat bezwaarde niet ontvankelijk is ons in eerste aanleg te concen
treren op de vraag of het bezwaarschrift ontvankelijk is, want ik denk
dat we dan alleen de discussie zuiver kunnen houden.
De heer WIJNEN: Ja, mijnheer de voorzitter, uw college stelt voor om het
bezwaarschrift van de Boerenbond niet-ontvankelijk te verklaren. Als be
langrijkste reden voert u daarbij aan dat deze organisatie niet recht
streeks in zijn belang is getroffen door het voorbereidingsbesluit. In
het preadvies verwijst u daarbij naar de statuten van de Boerenbond. Daar
in is aangegeven welke doelstellingen deze organisatie nastreeft. Genoemd
worden de belangen van de gezinnen en van de bedrijven van de leden, de
bijdragen aan de persoons- en beroepsvorming en het dragen van medeverant
woordelijkheid voor kerkelijke en burgerlijke samenleving waarvan zij deel
uitmaakt. De laatste doelstelling is aan de orde bij de ruimtelijke orde
ning. Op dit gebied is de Boerenbond al jarenlang actief. Ik wijs u hier
bij op het betrokken zijn bij de totstandkoming van het bestemmingsplan
Buitengebied in de zeventiger jaren. De Boerenbond heeft zich daarbij niet
gericht op de belangen van individuele leden toentertijd, maar heeft zich
ingezet voor de procedures. Regels, die vorm en inhoud zouden gaan geven
aan het bestemmingsplan. Daaraan is naar mijn mening de uitspraak van de
voorzitter van de Raad van State op 25 april 1975 hierbij van belang. Die
uitspraak luidt: "Dat een particuliere organisatie, die krachtens haar
doelstelling en blijkens haar feitelijke werkzaamheden als zodanig een
belang behartigt dat bij een beschikking direct is betrokken, geacht kan
worden door die beschikking rechtstreeks in haar belang te zijn getroffen".
Mogelijk ten overvloede wijs ik er hier op dat het hier niet gaat om de
aanvrager of om zijn bedrijf of om de vestigingsplaats, maar om het ont
breken van de zorgvuldige toepassing van de procedure om tot een nieuwe
vestiging in het buitengebied te komen. U kunt toch niet als voorzitter