-17- basis van die exclusiviteit is men bereid om dat te doen. Met betrekking tot de verbetering van de verhoudingen in Roosendaal kan ik u makkelijk mijn bron noemen, dat is de heer Paaijmans, de woordvoerder van de firma Duijnhouwer. Met betrekking tot het slibprobleem is het zo dat waar iets anders is afgesproken er een verantwoordelijkheid van de zijde van het gemeentebestuur geldt. Met betrekking tot de 35 jaar ja, herinner ik aan de discussie van vorige keer. Het ging om de optie die in de voorwaarden voor Duijnhouwer niet aanvaardbaar was en in plaats daarvan is toen de optietermijn er meteen bijgenomen. De heer WIJNEN: Is dat hetzelfde als in Roosendaal De VOORZITTER: Ik zou het niet weten. Ik ken ook de tegenprestatie in Roosendaal verder niet. We hebben De heer WIJNEN: Dat staat op papier. De VOORZITTER: Ja, dat staat in Roosendaal op papier. Daar moeten ze in Roosendaal de afweging over doen. Wij hebben hier met het advies van die zelfde directeur gemeentewerken waar we altijd staat opmaken geconcludeerd dat we op een verantwoorde wijze met elkaar bezig waren. Ik kan de data niet noemen waarop er met raad en commissie is gesproken over de ontwik keling in de haven. Ik denk ook dat die data niet zo relevant zijn. De heer Van Oosterhout heeft al uitgebreid bijgeschoten om duidelijk te maken dat er met elkaar over gesproken is en nadat de keuze van de richting was bepaald hebben wij de koers aangehouden en het laveren wat er nu aan an dere kanten wordt gekozen is ons wat dat betreft De heer WIJNEN: Was u niet bekend dan met de opvatting van onze fractie in de commissie openbare werken van 3 oktober De VOORZITTER: Ik heb u duidelijk gemaakt dat wij als college in het ver leden collegiaal over de zaken gesproken hebben, dat detailinformaties paraat natuurlijk alleen bij de portefeuillehouder aanwezig waren, maar verhandelingen in de commissievergaderingen werden steeds per vergadering nadrukkelijk in het college aan de orde gesteld. U bevestigt nog eens dat ons antwoord naar initiatieven uit Oud Gastel toe teleurstellend zijn. Ik denk dat dat antwoord slechts kan passen bij de aanpak zoals we die willen. Een aanpak van het totaal en op een verantwoorde wijze, een deel- aanpak zoals daar voorzien paste daar niet in. Die van de kano's paste er, het is vorige keer ook al gezegd, wel in. Daarmee zijn we aan het ein de van de tweede instantie. Ik heb geconstateerd dat we in afwijking van het voorstel van het college een voorstel van de fractie van de VVD hebben om naast Duijnhouwer een deel van de haven te doen exploiteren door de watersportvereniging met steun van de gemeenteWe kunnen daarover stemmen Ik denk dat de stemverklaringen die er door de fracties zijn afgelegd wat dat betreft overigens duidelijk zijn, maar als de heer Huijpen over zijn voorstel stemming vraagt, gaan we daartoe over. De heer HUIJPEN: Het is duidelijk dat Dus ik denk dat stemming niet zinvol is. Ik begrijp dat de VVD-fractie voor is en de CDA-fractie voor is voor het voorstel en PvdA en ONS tegen. De heer WIJNEN: Dat kan ik beamen. De VOORZITTER: Dan maken we daarvan aantekening. Dan is aan de orde het voorstel zoals we dat aan u hebben voorgelegd. Mag ik vaststellen dat daarbij de aantekening dat de fracties van CDA en VVD tegen zijn, recht doet aan de verhoudingen in de raad Akkoord. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen, onder aantekening dat de fracties van het CDA en de VVD tegen dit voor stel zijn.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 86