-8- in ieder geval het laatste restje twijfel weggenomen en ik wil eigenlijk nog met een reactie in de richting van ook die brief, maar ook naar de heer Huijpen volstaan, waar het gaat om de verantwoordelijkheid die je als raad moet nemen voor een aantal zaken. Sinds een groot aantal jaren hebben wij hier in de raad gesproken over het belang van de ontwikkeling van de haven, de achterstand in onderhoud, de enorme kosten die ermee ge moeid zijn, de mogelijkheden die die haven biedt. Ik denk dat nu er en dat is al enige tijd aan de orde er een regelrechte kans bestaat dat deze raad een besluit gaat nemen waarbij er een professionele instelling, een professionele ondernemer, die verantwoordelijkheid mede met ons gaat dra gen via een overeenkomst die wij gemeen met elkaar overeen kunnen komen, dat wij van die mogelijkheid alle gebruik moeten maken en dat is niet weg lopen voor de verantwoordelijkheid, dat is alleen inspelen op de moge lijkheden die anderen voor ons en voor Oudenbosch kunnen betekenen en in dat opzicht was,is en blijf ik en ook mijn fractie er voorstander van dit voorstel De heer HUIJPEN: Mijnheer de voorzitter, mag ik mijnheer Van Oosterhout een vraag stellen Dat er iets met die haven moet gebeuren, daar zijn we het al lang over eens en daar hebben we al heel wat discussie aan ge wijd, maar het een hoeft het ander toch niet uit te sluiten Wanneer er nu initiatieven vanuit de bevolking zijn dan gaat het toch niet aan om die klakkeloos van tafel te vegen Dan zijn we toch verkeerd bezig En dan denk ik dat het goed zou zijn om daar in uiterste zorg naar te kijken en te bezien of dat daar mogelijkheden voor zijn. Dat behoort toch tot onze verantwoordelijkheden De heer VAN OOSTERHOUT: U wilt toch niet zeggen dat ik dat niet heb ge daan De heer HUIJPEN: Dat zeg ik niet, maar uw betoog zowel in de vorige raads vergadering als in deze raadsvergadering is niet af te leiden dat u ge probeerd hebt daar een opening voor te bewerkstelligen. De heer VAN OOSTERHOUT: Ik kan u verwijzen naar de commissievergadering, die ook de heer Wijnen vergeten was van december, waarin de watersport vereniging uitvoerig de mogelijkheid heeft gekregen om de plannen toe te lichten en uitvoerig van mijn kant, ook van anderen, ook van uw kant is gezegd hoe u er over dacht en hoe ik er over dacht. Op dat moment heb ik duidelijk aangegeven wat mijn opinie was. Daar is geen twijfel over moge lijk en in die afweging die je dan moet maken, moet je inderdaad kijken naar de kansen die bepaalde projecten bieden. Nou, dat heb ik gedaan en ik denk dat ik dan inderdaad het belang van de watersportvereniging Ouden bosch moet afwegen tegen het belang wat heel Oudenbosch heeft met de ont wikkeling van de haven en als het een het ander in de weg staat, waarvan ik stellig overtuigd ben en wat ik ook als reëel beschouw dat namelijk een ondernemer zegt van op het moment dat ik daar deze verplichting aanga in een overeenkomst met de gemeente Oudenbosch wens ik ook een bepaalde exclusiviteit. Ik kan me dat als onderdeel van de overeenkomst vanuit de positie van een bedrijfsvoering zoals de firma Duijnhouwer die voert, he lemaal voorstellen. Dan zeg ik dan moet ik kiezen en dan kan ik soms niet het een en het ander en het willen van het een en het ander, waardoor er eventueel iets tot niets leidt, dat is het laatste en het slechtste wat we moeten doen. Vandaar dat ik heel duidelijk mijn keuze heb gemaakt en ook heel duidelijk wens te zijn. Kijk, het is heel makkelijk voor mij om te zeggen van ja, ik zou wel willen dat en uiteraard zus en zo. Ik wil geen zoete broodjes bakken, ik ben duidelijk. De heer HUIJPEN: Mag ik even reageren, mijnheer de voorzitter

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 77