-31- ting en daar moet hij in feite in zitten. Ik moet u het antwoord op al uw vragen gewoon schuldig blijven. Wij hebben met elkaar afgesproken dat we absolute prioriteit zouden geven aan het afronden van de jaarrekening '88 en vervolgens daarop de begroting 1990 te baseren. Ik zeg u, de jaar rekening '88 is op een oor na gevild en dan komt de begroting '90 aan snee. Wat we nu gedaan hebben is op grond van een verondersteld sluitend zijn van de begroting 1989 rekening houdend met een paar externe omstan digheden komen tot een aanpak van de tariefstelling voor dit jaar. Met betrekking tot de zaken als de andere middelen en de beperking van de kos ten hebben we natuurlijk ook het prevaleren van de inhaaloperatie voorop moeten stellen, maar ook de personele wijzigingen die ons helaas het afge lopen jaar van buitenaf zijn opgedrongen hebben daar natuurlijk ook in de weg gestaan. Met betrekking tot de verhoging van de perceptiekosten kan ik u niet zeggen wat dat betekent. We hebben puur vanuit een klant vriendelijkheid en de constatering dat 80,toch een respectabel be drag is, gezegd dan moeten we het gebaar maken dat de burger dat in twee delen mag betalen. Daar zullen ongetwijfeld kosten aan verbonden zijn, maar ik kan u niet zeggen hoeveel. Met betrekking tot de meeropbrengst kan ik u ongeveer zeggen wat dat betekent. Bij de onroerend-goedbelasting betekent dat ongeveer 60.000,meeropbrengst. Bij de afvalstoffen be tekent het 54.000, Bij de leges ongeveer 6.500, Dat betekent in totaal, laat ik het veiligheidshalve naar beneden afronden, tussen de 110.000,en 120.000, Met betrekking tot de bijdrage van de heer Van der Heijde, hij zegt die 0,75% ten opzichte van de inhaalopera tie, dus inclusief over de drie jaren 4,77% en 0,75% die wil ik volgend jaar nog eens in de overweging betrekken. Niemand zal hem dat recht ont zeggen, maar wij zijn nu met de tariefstelling voor dit jaar bezig. Zijn suggestie met betrekking tot het spreiden van de aanslagen neem ik graag over. Die neem ik niet mee, die neem ik over, want ik denk dat het inder daad een hele goede zaak is om daaraan in de toekomst, dus in het komende jaar goed aandacht te besteden. Mijnheer Van Oosterhout, hij heeft inder daad gezegd dat hij vorig jaar degene was die ervoor gepleit heeft om niet alsmaar geringe prijsstijgingen te passeren omdat je dat toch een keer gaat opbreken. Ik denk dat we daar op dit moment nog niet over moeten spreken, want je kunt dit toch geen sprongsgewijze verhoging noemen. Een jaar of tien geleden was dit een hele lage. En zijn pleidooi om het systeem misschien te wijzigen zou overgenomen kunnen worden, alleen ik weet niet of het nou zo verstandig is om die gerealiseerde verhogingen uit het verleden telkens dan als uitgangspunt te nemen. Ik zou willen be pleiten dat we ons toch blijven bezighouden met het kijken naar de jaren waar het om gaat, ook al is dat of misschien zit daar dan wel in een stukje onnauwkeurigheid, maar dan weten we in ieder geval dat we bezig zijn met de situatie die nog moet komen en dan is er geen strikte ver plichting om iets wat achter ons ligt dan te gaan compenseren. Je kunt dan ook nog kiezen uit wel iets doen of wel in de tariefstelling danwel in de sfeer van iets anders iets doen. Met betrekking tot de opmerking over de volumestijging bij de afvalstoffen heb ik denk ik voldoende duide lijk gemaakt dat ook wij vinden dat we die volumestijging niet moeten accepteren, dat we uit een oogpunt van het haalbaar blijven van de prijs stelling moeten trachten de kosten om de kosten te drukken en het pers pectief van de prijsstijging zoals die door de Kragge op ons af komt zal dat alleen maar extra nodig maken omdat anders het totale prijsniveau de pan uitrijst. Wat betreft de leges, die verordening komt er in het nieuwe jahr en wat ons betreft zo snel mogelijk. Op zich is het denk ik goed naar de burger toe de vandaag vast te stellen tarieven in duidelijke presenta tie aan te geven. Ik denk alleen dat het op zich onjuist is daarbij de

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 316