-20- - instelling Buitengewoon Lager Onderwijs Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 24. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet ten behoeve van de toekenning van bijdragen in de kosten van verbetering van particuliere woningen/wijziging begroting 1989 De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, een paar opmerkingen. De WD- fractie stelt vast dat de particuliere woningverbetering meer gebeurt dan blijkbaar het college aanvankelijk had ingeschat. In het verleden hebben we geprobeerd daar voldoende middelen voor te reserveren. Wat wij veron derstellen dat is en dat leid ik dan niet af uit de deelname tot op dit moment, maar dat misschien toch nog onvoldoelde bekend is bij brede la gen van de bevolking dat die regeling er is en die regeling is er voor. Een stuk voorlichting zou misschien toch heel veel meer mensen, middels een stuk voorlichting zou de regeling heel veel bij mensen kunnen bereiken Was het nou zo, u moet mijn geheugen even opfrissen, dat zult u best kun nen veronderstel ik. Is het nou zo dat in het verleden die gelden, die we dus niet reserveerden voor particuliere woningverbetering, dat die in de pot stads- en dorpsvernieuwing gingen en op dit moment is het zo dat voorgesteld wordt om dat uit de post onvoorzien te halen dacht ik. De VOORZITTER: Uw opmerking over verkeerd inschatten, daar kan ik moeilijk van zeggen dat het niet waar is. Ik kan hooguit zeggen dat het op de jaren dat het nou loopt, en ik denk dat het er vier zijn, al 17.000,is en dan zeg ik van dat is toch eigenlijk niet de moeite waard. Ik denk dat de inschatting op zich helemaal niet zo slecht is geweest. Dat we met het bedrag van 60.000,per jaar er ieder jaar aardig uitspringen goed te gemoet kunnen komen aan wat er aan wensen leeft en alleen doordat we ieder jaar wat meer hebben overschreden zijn we dit jaar in feite voor de aan vragen van '89 met een negatief saldo van 17.000,ruim gestart en dat breekt ons nou een beetje op. 60.000,was het voor dit jaar bijvoor beeld weer een goed bedrag geweest. Ik weet niet, maar ik denk ook dat dat moeilijk te peilen is, of de regeling onvoldoende bekend is. Ik denk eigenlijk dat die best wel goed bekend is, maar niks let ons om daar in de sfeer van de voorlichting nog eens een keer aandacht aan te besteden. Uiteindelijk is de regeling er voor de burgers. Alleen dan moeten we misschien wel bij u terugkomen, omdat we dan toch een stukje verwachting opwekken en als die dan de 60.000,gaat overschrijden in een volgend jaar dan komen we bij u vragen of het budget niet omhoog kan. Met betrek king tot de situatie in het verleden over het restant van de middelen. Ja, er was nooit een restant. Het is zo dat vroeger deze gelden werden gedeclareerd bij het ministerie van volkshuisvesting via de HID in Den Bosch. Op een goed moment, ik meen in '85, is dat systeem veranderd en zijn de gemeenten daar vrij in geworden en werd het bedrag wat daarvoor gebruikelijk was geïncorporeerd in de uitkering ter zake van stads- en dorpsvernieuwing via de provincie en wij hebben uit dat bedrag in de ver ordening een bedrag van 60.000,afgezonderd en voor het overige blij ven die middelen stads- en dorpsvernieuwingsgelden en zouden we minder hiervoor afzonderen dan zouden dat inderdaad bedragen zijn die aan die stads- en dorpsvernieuwing zouden worden toegekend. Het had dus in de rede gelegen dat nu ook uit diezelfde pot te laten komen, maar we hebben de indruk dat we met de ambities die we in de sfeer van stads- en dorps vernieuwing hebben die pot nog royaal nodig zullen hebben en het argument wat zoeven de heer Den Braber ook al aanhaalde, met betrekking tot het

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 305