-30- of we daarmee wel op de goede weg zijn. Voor de rest, voorzitter, kunnen wij akkoord gaan met het voorstel De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, onze fractie, ONS, is het uiteraard van harte eens met het voorstel wat hier gedaan wordt om het bestuur van Fidei et Arti te subsidiëren voor dit bedrag en zoals de heer Huijpen al zei, we hebben een besluit genomen in 1987 en wat onze fractie beteft en wat de coalitie in de vorige periode betreft had dat al veel eerder geno men moeten zijn. Helaas was er eerst een brand nodig om dit al wat ver sneld uitgevoerd te krijgen, maar het is nu zover dat we gebruik kunnen maken van een cultureel centrum, wat gebouwelijk gezien voldoet aan een aantal voorwaarden die we in onze gemeente zeker op zijn plaats mogen schatten en dat brengt kosten met zich mee. Daar kunnen we ons op dit mo ment niet aan onttrekken. Wat veel belangrijker is, is dat niet alleen het gebouw voldoet aan de voorwaarden die wij eraan willen stellen voor onze gemeenschap, maar dat ook het werk, de activiteiten die er in ont plooid worden en het maatschappelijk nut wat daar van afstraalt, het be zoek wat daar op dit moment geïnhaleerd wordt, dat dat erop duidt dat het gebouw en de mensen die er in werkzaam zijn dat die het maatschappelijk nut voor onze gemeenschap betekenen en daarom ook vind ik gesubsidieerd kunnen worden voor een dergelijk bedrag, waarbij wij als fractie in ieder geval het vertrouwen hebben dat er een belangrijk verschil zal zitten tus sen begrote cijfers, want we moeten ons realiseren dat we praten over be grote cijfers, en werkelijke cijfers. Als de situatie zich verder uitbouwt zoals het zich nu laat aanzien, hebben wij er alle vertrouwen in dat de werkelijke rekening er belangrijk beter zal uitzien dan het begrote be drag wat er nu staat. Dat vertrouwen hebben we en zelfs, ja, misschien zal het zo zijn dat er nog een bedrag extra nodig is ten opzichte van wat in het verleden het gebouw aan gemeentelijke bijdragen kostte. Dan nog moet je gezien de maatschappelijke betekenis die er is en die we al kunnen zien, moet je dat geld er voor over hebben en dat is niet een kwestie van financieren, zoals de heer Huijpen dat zegt, dat is niet moeilijk. Als dit maatschappelijk nut onderkend wordt dan betekent het dat je dat geld er voor over moet hebben. Dat heeft een prijskaartje. Dat prijskaartje ken je, want dat ligt hier. En als het dat prijskaartje waard is dan be tekent dat dat je ook moet vertalen. Dus als je hier ja tegen zegt dan zeg je ook ja tegen het maatschappelijk nut ervan. Dat staat los van het feit of je dat dan kunt financieren in de zin zoals u dat bedoelt. U zegt dan ja, ik heb niet de benodigde cijfers voorhanden en er zal een pot zijn. De heer Van Hoek heeft de jaarrekening '85, die weet dat er 350.000,in het fonds specifiek welzijn zit, dus van potverteren lijkt me helemaal al geen sprake, als je dan zo'n goed gevulde pot ziet. Dus het is niet een kwestie van financieren omdat je of niet weet hoe je het moet financieren omdat je de cijfers van de jaarrekening niet voor ogen hebt, maar dat is een kwestie van is het het waard en daarop moet je het beoordelen en dan moet je het ook aandurven om dat door te rekenen in de cijfers van de 0GB of in andere tarieven. Dat moet je aandurven. Het zelfde geldt voor afvalstoffenheffing etc. Daar wil ik toch met name op wijzen. Want het feit dat hier sprake is geweest van puur verkiezingspro paganda met het creëren van dit cultureel centrum en het feit dat er nu geen prijskaartje aanhangt. Nou, dat hangt er wel degelijk wel aan. Dat heeft u ook geweten want u wist precies hoe hoog de investeringsomvang was in 1987 en u wist ook en u heeft ook ingestemd met het feit dat er op cultureel terrein meer moest gebeuren, want dat was bij het programma 1986-1990 was al bekend dat we op dat terrein meer zouden gaan doen. Nu dat prijskaartje er ligt, nu die wens van de raad in wezen boven tafel komt moet u niet zeggen nou, dat zint me niet zo en ik kan het allemaal

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 186