-8- 8. Voorstel tot wijziging van de 2e wijziging van de "Staangeldverordening Woonwagencentrum Vaartweg" De VOORZITTER: Hierbij moet ik een opmerking maken. Er is een fout inge slopen die zeer attent door de heer Van Oosterhout is opgemerkt, misschien wel door meerderen, maar hij heeft mij erop geattendeerd. De minister van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer stelt het ta rief vast, maar hij heeft twee componenten in dat tarief. Dat is een ba sisbedrag en dat is een verouderingsaftrek en voor staanplaatsen die ouder zijn dan 6 volle jaren moet die verouderingsaftrek worden toegepast. Dat betekent omdat ons kamp in 1981 is gerealiseerd dat het bedrag van 1.440,per jaar moet zijn 1.421,28 en dat het bedrag per maand daar door wordt 118,44. Ik stel u voor te besluiten met inachtneming van die bedragen. De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, akkoord met het voorstel, maar ik wou nog een opmerking maken welke betrekking heeft op het voor stel naar mijn idee. Indertijd hebben we wel eens vastgesteld en bemerkt dat er nogal wat achterstand was bij de inning van de staangelden. Is dat op dit moment redelijk opgelost of is daar op dit moment geen zicht op? De VOORZITTER: Nou, ik heb er in ieder geval geen zicht op. Ik weet dat er zeker betalenden zijn, maar er is ook de laatste tijd wat gewisseld, dus ik kan de vraag niet beantwoorden. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 9. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor aanschaf automa tiseringsapparatuur en —programmatuur De VOORZITTER: Hierbij wil wethouder Van Overveld het BTW-probleem nog eens eventjes bij de kop wil pakken vooraf. De heer VAN OVERVELD: Ja, het is goed om dat aan te vullen denk ik. Er is in de berekening ten onrechte niet meegenomen de 18,5% BTW. Dus de ra mingen moeten met 18,5% worden bijgesteld. De VOORZITTER: En dat geldt zowel voor de investeringen als voor de lasten. De heer VAN HOEK: Ja, voorzitter, er wordt een datum in genoemd vanwege de vervalling van de cassettemogelijkheid, er wordt een datum in genoemd van 1 juli 1989. Moet ik dan uit dit voorstel begrijpen dat de zaak al aangeschaft is of kunnen we toch nog tijdig de zaak operationeel hebben? De VOORZITTER: Dat is geen strikvraag, dat is een valkuil. De heer VAN OVERVELD: Ik neem aan dat we het nog moeten aanschaffen. De VOORZITTER: Ik begrijp dat de wethouder oprecht niet weet of Dat spijt me. Dan concluderen we maar dat het er niet zal zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 10. Voorstel tot: a. vaststelling van de verordening gemeentelijk hulpverleningsfonds Oudenbosch b. vaststelling van een hulpverleningsfonds in het kader van het minima beleid; c. beschikbaarstelling van een krediet van 7.500,voor het gemeente lijk hulpverleningsfonds voor het jaar 1989

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1989 | | pagina 164