-24-
maar uit de lucht komen vallen. Dat is gerelateerd aan het bedrag wat in
het investeringsprogramma is opgenomen. Daarvan is op grond van wat voor
lag en zeker tegen de achtergrond van wat vanavond in gekorrigeerde vorm
naar voren is gebracht, kun je zeggen dat dat een voorzichtig bedrag is.
Ik ben het best met de heer Van Oosterhout eens dat het alle lof zou ver
dienen als we het bij die twee ton zouden kunnen houden, maar het geeft
in ieder geval aan dat als dat zou lukken dat het een geweldige toer zou
zijn. Dus we zitten aan de safe kant, de procedure loopt en we beschikken
in ieder geval over twee ton op het moment dat de eerste uitgaven gedaan
moeten worden. In die tussentijd ligt het in de bedoeling zoals u heeft
kunnen zien om via de commissie welzijn de inhoudelijke kant van het ge
bruik van Fidei et Arti verder te bekijken en op basis daarvan de detail
lering aan te brengen. Overigens kan ik me voorstellen dat naar analogie
van de behandeling in de commissie openbare werken, dat ook daar in beslo
tenheid plaatsvindt. Die beslotenheid die heeft alles te maken met het
feit dat wij gewend zijn als het om bedragen gaat, later rond klusters
van opdrachten een aantal offertes te vragen en dan verzwak je je positie
door op voorhand alles vrij te geven. Voorzitter, ik neem aan dat de be
heersvorm uiteindelijk zijn beslag zal krijgen via de commissie ABZ en
dat het voorstel wat de heer Van Leeuwaarden doet dat dat wat onzorgvul
dig zou zijn om daar vanavond vanuit het college direkt ja op te zeggen,
maar dit soort zaken in akkommodatieland, daarvan kan ik me voorstellen
dat het de moeite waard is om daar eens nader op te bestuderen om te kij
ken of daar een direktere en daardoor duidelijkere procedure via commis
sies, B W en raad mogelijk zou zijn. Ik dacht dat ik daarmee alle vra
gen en opmerkingen had beantwoord.
De heer HUIJPEN: Nog een paar opmerkingen, mijnheer de voorzitter. Met
betrekking tot Fidei et Arti hebben we A gezegd, we zouden het geleidelijk
aan de Stopera van Oudenbosch kunnen noemen, want er staat ondertussen
een gebouw van bijna 3% miljoen gulden. Dus wanneer je A zegt moet je ook
B zeggen natuurlijk, het moet ingericht worden. Maar dat neemt niet weg
dat de VVD-fraktie toch bepaald moeite blijft houden met betrekking tot
de procedure die er gevolgd is en de VVD-fraktie die kan zich volledig
vinden in het voorstel van de heer Van Leeuwaarden. Het is hier een stuk
je akkommodatiebeleid ten top en ik heb nooit anders begrepen dat het
akkommodatiebeleid dat dat in de welzijnscommissie en dat dat in de porte
feuille van de nu zittende wethouder Van Overveld thuishoort. Dus wat dat
betreft zien we de uitslag van het college-beraad zien we met belangstel
ling tegemoet, want ik begrijp dat wethouder Van Eijkeren nog niet direkt
bereid is om het van zijn bordje te laten pikken. Maar goed, we wachten
dat wel af. Maar goed, nogmaals de visie van de VVD-fraktie is bij deze
duidelijk. Nog een opmerking. Ik denk dat het uiterst belangrijk is dat
er op korte termijn toch zeg maar duidelijkheid komt met betrekking tot
de beheersvorm. Ik heb me in laten fluisteren dat wethouder Van Overveld
zoekende is, waarnaar dat weet ik niet, maar in ieder geval er zijn dus
ontwikkelingen en de VVD-fraktie stelt het op prijs daar op korte termijn
kennis van te nemen op welke manier we dus verder gaan met Fidei et Arti,
een ingericht Fidei et Arti, de bezettingsgraad, het verenigingsleven,
de instellingen, noem maar op. Dank u wel.
De VOORZITTER: Nou, ik denk dat wat de vraagstelling van de heer Huijpen
aan het einde betreft wij de duidelijkheid daarover ook wel op korte ter
mijn zullen kunnen geven. De wethouder doet, nee, wij doen samen ons best
om conform de wensen die hier door de raad zijn uitgesproken, te komen
tot een invulling. Ik neem aan dat wij in de eerste of de daaropvolgende
vergadering van ABZ daarover met elkaar van gedachten gaan wisselen. Voor