-6- De heer VAN OOSTERHOUT: Ja, voorzitter, daarover nog een aanschaf van bij voorbeeld deze materialen onder de nieuwe wet die uitgaat van de Londo- maatstaven en de daarin opgenomen programma's van eisen, daar hebben we het in commissieverband eerder over gehad en toen hebben we gezegd van uiteraard moeten de Londo-bekostigingsnormen voor onze gemeente uitgangs punt zijn. We hebben toen gezien dat er bepaald wat problemen aan vast zaten aan het Londo-systeem. Dat blijkt ook als je alle stukken leest die hierbij hebben gezeten, bij dit preadvies. Ik moet u zeggen dat op de wij ze waarop nu overeenstemming is bereikt met het schoolbestuur inzake het algemene principe van toepassing van de Londonormen met de uitzondering voor bijzondere omstandigheden en de wijze waarop dat op dit moment een uitleg heeft gevonden, het vele werk wat hier eigenlijk aan vooraf is gegaan in de zin van welke mogelijkheden hebben we om op fatsoenlijke wij ze om te gaan met die Londonormen zonder dat het basisonderwijs in de knel komt, dat het kollege daar wat mij betreft en onze fraktie als geheel be treft, bijzonder goed in is geslaagd. Wel is heel duidelijk geworden dat de Londonormen eigenlijk funest zijn voor het basisonderwijs, nu blijkt dat die Londonormen bijvoorbeeld in een aantal gevallen gebaseerd zijn op aankopen via het rijksinkoopbureau en dat offertes die daar gevraagd worden hoger uitvallen dan de Londonormen gewoon aangeven. Met andere woorden, de gemeente is op zo'n moment eigenlijk het haasje als het haar basisonderwijs lief heeft. Ik zou bijna zeggen, maar ja, ik geloof er ook bijna niet meer in, dat het nog helpt om een brief te schrijven naar het ministerie, naar de heer Deetman met het vriendelijke verzoek om toch eens onder ogen te zien dat hier weer een koekje wordt uitgedeeld, weliswaar een zeer wrang koekje wordt uitgedeeld aan het onderwijs, danwel de plaat selijke overheid. Als wij het onderwijs niet extra bekostigen, met andere woorden als wij de bezuinigingen van mijnheer Deetman niet opvangen als lokale overheid dan zal het onderwijs hier duidelijk de dupe van worden. Dat blijkt bijvoorbeeld ook nog eens een keer uit de normen die worden toegepast met betrekking tot het gebruik van gymzalen en ik werk zelf wel iswaar niet in het basisonderwijs, maar ik weet dat dat onmogelijk is om 40/40ste met name voltijd gymlokalen te verhuren, nu. Dat soort problemen blijft onopgelost. Ik vind dat tussen al die klippen door met de kosten die mogelijk hier voor de gemeente aan vast zitten, de problemen die dat voor de scholen teweeg brengt, er goed werk is verricht en dat het kollege nogmaals, eigenlijk een prima onderhandelingsresultaat heeft bereikt en daar ben ik eigenlijk wel een beetje trots op. De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, ook mijn fraktie heeft het onderwijs bijzonder lief, moet ik u zeggen en ons probleem in de kommissie ABZ was dat onvoldoende inzichtelijk was wat nu de gevolgen zouden zijn, wanneer stringent, onvoorwaardelijk die Londonormen toegepast zouden wor den. Ik begrijp dat middels een stuk overleg dat daar duidelijkheid over gekomen is. Het staat verwoord in het voorstel dat er bijzondere omstan digheden kunnen zijn en in dat geval is het dus mogelijk dat dus ietwat de hand gelicht wordt met de toepassing van die Londonormen. Kortom, ak koord met het voorstel en we zijn tevreden met het resultaat. De heer WIJNEN: In ABZ, heeft de heer Huijpen al genoemd, is ter sprake gekomen de toepassing van de Londonormen. Toen is door een aantal frakties gezegd van nou, die willen we konsekwent toegepast zien. Wij hebben het voorbehoud gemaakt wij willen zien wat de konsekwenties daarvan zijn. Wij zijn blij dat het op deze manier gestalte heeft gekregen. Dus in beginsel uitgaan van de Londonormen, maar kijken wat de mogelijkheden zijn wat in afwijkende zin ons en de scholen boven het hoofd komt te hangen. Vandaar dat wij kunnen instemmen met deze handelwijze en het voorstel. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1988 | | pagina 168