-29-
heid waar de heer Van Osterhout met name op wijst en die duidelijk spreken
uit de schets, dat blijkt steeds bij het vertonen van de diaserie en de
toelichting daarbij, die kennelijk ook overkomt op de mensen die je infor
meert hierover, die is mij ook gebleken toen ik afgelopen zaterdag een
aantal malen mij in het centrum van onze gemeente heb begeven en zo hier
en daar eens geluisterd heb naar mensen die op bezoek waren, afgezien van
de voortreffelijke kwaliteit van de organisatie zoals u hebt kunnen lezen
in de krant, waren de mensen vooral ook erg enthousiast over dat wat Ouden
bosch te bieden heeft en een groot deel van het programma van afgelopen
zaterdag en aanstaande zaterdag weer, dat spoort natuurlijk uitstekend
met dat wat Hoogenberk in de struktuurschets over deze zaken zegt en zijn
pleidooi voor het verder accentueren, op een toeristisch verantwoorde wij
ze exploiteren van dit soort zaken. Die meerwaarde waar de heer Van Oos
terhout over spreekt, meer dan alleen de stedebouwkundige aspekten, de
aspekten op toeristisch gebied, de mogelijkheden op het gebied van monu
mentenzorg, die zullen zeker de nodige aandacht krijgen. Sterker nog, van
uit het college wordt daar op dit moment in oriënterende zin met betrek
king tot het toerisme al hard aan gewerkt. Zodra het vorm krijgt zullen
we u daar over informeren. De financiële haalbaarheid op grond van de ruwe
schatting ben ik in ieder geval van mening dat het geloof wat ONS daar
irx heeft zeker niet gedurfd genoemd hoeft te worden. Ik denk dat het reëel
is om in termen van haalbaarheid te spreken. Zeker nu de provincie bij
herhaling zijn standpunt bekend heeft gemaakt. Een standpunt, betekenend
dat de provincie en gemeente samen, ik waag mij niet aan percentages, tot
de uitvoering van dit plan zullen moeten komen en zullen willen komen.
Bij de voeding van het fonds op het gebied van stadsvernieuwing, een prio
riteitenfonds v/at ONS betreft op een adequate wijze gevoed zal worden.
Tot slot constateer ik ook dat de heer Van Oosterhout met betrekking tot
de dependance, hij heeft dat uitvoerig gemotiveerd in zijn diskussie met
de heer Wijnen, een standpunt wat ook door de fraktie van de Partij van
de Arbeid naar voren is gebracht, deelt. De vraag wat we gaan doen met
lob C van Albano, dat is een vraag die op dit moment niet eenduidig te
beantwoorden is. Het is wel zo dat bij het niet doorgaan het afgelopen
jaar, halfjaar, van een mogelijke vestiging die wij daar best graag had
den gezien, dat er inmiddels ja, nieuwe gedachten zich beginnen uit te
kristalliseren om in ieder geval met een deel van lob C toch iets nuttigs
te kunnen doen wat wellicht een ondersteuning zou kunnen zijn van datgene
wat we in het kader van de struktuurschets met elkaar van de grond gaan
tillen. Ik neem aan dat de voorzitter en afhankelijk van de ontwikkeling
van dat idee, al of niet in samenspraak met mij, daar de commissie ABZ
in eerste instantie in een van zijn eerste vergaderingen over zal infor
meren.
De VOORZITTER: Zodra het wat concreter is.
De heer WIJNEN: Ja, ik begrijp inderdaad wel dat het een en ander gebeurd
is op het gebied van de informatieverstrekking, maar ik proef toch nog
steeds in Oudenbosch bij een heleboel mensen die niet goed op de hoogte
zijn van de doelstellingen en dat vind ik erg vervelend. Ik kan dan niet
anders dan zeggen van op dat gebied moet er, systematisch, in positieve
richting meer naar de situatie, naar de mogelijkheden, moet er op gewezen
worden en van daaruit moeten we de doelstelling van het plan Hoogenberk
duidelijk maken. De mensen die zijn voor een deel nog steeds getroffen
door de negatieve kanten van deze zaak. Dat is mij in ieder geval wel op
gevallen, dus vandaar dat ik dat nogmaals onder de aandacht heb willen
brengen. Het probleem van de verkeersafv/ikkeling, daarvan zegt u, ja, dat
pakken we aan in het kader van het verkeersveiligheidsplan, want het le-