-19- Huijpen, die hij zojuist genoemd heeft, het multi-functioneel karakter en het feit dat die loslopend in twee lagen uitgevoerd gaat worden. Dat schept bij ons vertrouwen dat de uitbreiding van het beschikbare en als het daarmee voldoende is om iedereen in Oudenbosch aan zijn trekken te doen komen en bovendien dat dat getoetst aan wat wij bij de algemene be schouwingen al gezegd hebben, van gemeentebestuur let op uw zaak waar het akkommodaties betreft, want maak nu niet te vreemde sprongen daarmee, want het moet betaalbaar blijven, ook in de toekomst en mijn taalgevoel is zeer gestreeld door die laatste beeldspraak van de heer Huijpen. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, onze fractie die acht het antwoord van de wethouder, waarin hij wijst op de mogelijkheid van een extra capaciteit op de zolder van de noordvleugel van het nieuwe Poortgebouw voldoende reservemogelijkheden bieden om als de ruimtebehoefte groter mocht blijken om daarin te voorzien. Ik denk dat het niet reëel is om situaties te cre- eren cm boven woningen nog sociaal-culturele ruimten te reserveren, dus ik sluit me in die zin aan bij de fractie van de VVD en de Partij van de Arbeid. Ik bedank het college ook voor de toezegging dat zij er al het mogelijke voor doet om nog in '86 de oplevering te realiseren, want die fatale datum doet me herinneren aan de 20ste december, toen ik naar het gemeentehuis liep voor de tweede termijn van de algemene beschouwingen werd ik op straat aangesproken door een bestuurslid van de Stichting Men sen zonder Werk. En deze voorspelde dat de realisatie van een ruimte voor zijn stichting nog lang niet zeker was, ondanks de positieve opstelling en het advies van de welzijnscommissie. Na de patstelling later op de avond heb ik nog dikwijls aan deze uitspraak moeten denken. Om af te slui ten, voorzitter, ik hoop dat de stichting evenals onze fractie geen be hoefte heeft aan om te zien, al was het maar om wrok te vermijden en met het lengen van de dagen uitzicht te hebben op nog in '86 een sociaal-cul turele ruimte. De heer VAN OOSTERHOUT: Ten aanzien van de wijze waarop het akkommodatie- plan dan nu geaktualiseerd zou moeten worden, waar de heer Wijnen eigenlijk zijn eerste vraag over handelt, denk ik dat het goed is dat we dat inder daad op een eenvoudige wijze doen. Ons staat eigenlijk na de discussie die we daarover hebben gehad, best wel voor dat een aantal werkzaamheden in deze ook al wel zijn verricht, ook nog niet zo heel lang geleden, en in die zin denk ik dat we ook best in tijd zodanig kunnen rekenen dat dat plan gereed zal zijn, maar een eenvoudige inventarisatie, zoals u zegt, daar voel ik best voor en ik was zelfs van plan en ik denk dat het ook goed is om dat door te zetten, om uiteindelijk de formulering en de wijze waarop we dat gaan opzetten te bespreken in de welzi jnscommissie en dan denk ik dat we er met zijn allen bij betrokken zijn op de wijze waarop dan uiteindelijk een opdracht geformuleerd wordt nog eens een keer ieders gedachte daarover kan ventileren. De oplevering, dat die zo sober mogelijk zal geschieden. Nou, ik denk dat dat, voor zover dat betrekking heeft op het sociaal-culturele deel, in ieder geval ons ook, net zoals ik daar straks ook heb gezegd, erg nuttig lijkt. We zullen daar gewoon als het aan de orde is, ook op toezien. Met betrekking tot uw voorstel met be trekking tot dat middengedeelte van het Poortgebouw, waar u vooralsnog toch een claim op legt, in die zin dat daar eventueel toch naar aanlei ding van de uitkomsten van het akkommodatieplan, ruimten voor sociaal-cul turele doeleinden gerealiseerd zouden moeten kunnen worden, daarvan denk ik toch dat dat bovenop de mogelijkheden die in de noordvleugel zijn te vinden, dat dat echt veel is. Los van het feit dat ook ik natuurlijk nog niet de uitkomsten van het akkommodatieplan ken, maar ik denk toch dat in zijn algemeenheid de visie die ik er op heb, toch niet kan leiden tot een zodanig extra volume in deze, dat dat nodig zou zijn. Bovendien denk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1986 | | pagina 32