-11- maanden tijdverlies is opgelopen, want nu kan pas na de zomervakantie aan de uitvoering ervan begonnen worden volgens uw preadvies en ik had toen nog uit het college signalen vernomen dat bij besluitvorming begin decem ber de oplevering in het najaar, oktober/november, tot de reële mogelijk heden zou behoren. Maar, voorzitter, eind goed al goed. Het is niet anders. U zult begrijpen dat mijn fractie bijzonder blij is met dit preadvies en met de eenstemmigheid die nu plotseling in de raad heerst. Bijzonder blij, niet voor onszelf, maar met name dus voor de Stichting Mensen zonder Werk die eindelijk onderdak krijgt en ook voor Werkwijzer, die als het nog le vensvatbaar is tegen die tijd, ook een huisvesting heeft. Twee vragen over het preadvies, voorzitter. Twee keer wordt opgevoerd de aktualisering van het akkommodatieplan. Daar ben ik zelf een grote voorstander van, maar, voorzitter, dat heeft de wethouder op 19 december toegezegd, onge veer tien minuten voordat de raad met een kleine meerderheid het besluit nam, om de afdeling welzijn in ieder geval niet uit te breiden en vandaar mijn vraag aan het college van in het licht van die besluitvorming van 19 december, hoe denkt u dat akkommodatieplan op korte termijn geaktuali- seerd te krijgen en zo ja, wat zijn naar verwachting daarvan dan de kos ten Dan een tweede, dat is meer een opmerking naar het voorstel van de CDA-fractie toe, om dus de bestemming van het midden-gedeelte, om dat ook de mogelijkheid van sociaal-culturele akkommodatie te doen zijn. Wij zijn daar geen voorstander van, voorzitter. Ons is tot op heden niet duidelijk geworden dat er inderdaad zo'n grote vraag naar ruimte is. De leegstand in het gemeenschapshuis en Fidei et Arti wijst daar zeker niet op. Ik ver wijs ook naar het advies van het bestuur van de Stichting Gemeenschaps huis dat hier een jaar of anderhalf geleden binnen gekomen is, of twee jaar is dat inmiddels al geloof ik, waarin zij dus zeggen dat hun daar ook niks van gebleken is dat de behoefte aan ruimte zo groot zou zijn en bovendien, voorzitter, het lijkt mij als er daar kleine woningen komen, dan lijkt het mij toch niet zo prettig voor de mensen die daar in gaan trekken, als zij boven zich op de zolder een vereniging gehuisvest weten, dat lijkt me ook niet zo bevorderlijk voor de woonrust ter plekke. De VOORZITTER: Ik stel voor, gezien het feit dat de beantwoording best wel wat tijd kan kosten en we toch in de loop van dit agendapunt er ver standig aan doen om te schorsen dat we dat nu eerst doen en dat we over een klein kwartier opnieuw beginnen. De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze. Na opheffing van de schorsing geeft de VOORZITTER het woord aan: de heer VAN OOSTERHOUT: Dank u wel, voorzitter, het was prettig om te proeven dat er zo gedacht wordt over dit voorstel, dat het er alleszins naar uitziet, het geen twijfel leidt dat we tot een oplossing komen in dit kader. Er resten nog een paar vragen en daar wil ik graag op ingaan. Die vragen heb ik niet kunnen ontdekken bij de heer Huijpen, die toch nog eens heel duidelijk heeft uiteengezet waarom zijn fractie op dit moment voor dit voorstel is en dat is ook niet vreemd. Ook voor deze vergadering hebben we daarover overleg gehad en het pleziert mij dat de fractie van de VVD daar zich op dit moment in kan vinden. De vragen van de heer Wijnen daarvan is de eerste hoe wij ons voorstellen hoe we dat akkommodatieplan aktualiseren, hoe we dat gaan aanpakken. We hebben ons daarop in het col lege, ik geloof enige dagen geleden, nogmaals over beraden en ja, dat is een beetje een probleem, de heer Den Braber schetste dat aan het einde van zijn betoog al. Moet je dat intern doen, moet je dat extern doen Moet dat plan totaal vernieuwd worden, richting akkommodatiebeleid, uit gangspunten voor akkommodatiebeleid van een aantal jaren terug. We hebben in overleg met de afdeling geconstateerd dat er een aantal zaken in zitten die beslist nog aktueel zijn. Dus op dit moment is het zo, dat heeft het

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1986 | | pagina 24