-4- hanteren, dan kan het niet zijn dat we in maart of in februari zoiets vaststellen en het pas definitief laten worden nadat het vervolgens een maand, in maart een maand ter inzage heeft gelegen. Naar het programma terugkerend, terugkijkend op 4 programma's, dan denk ik dat wij voor de periode '86 tot en met '89 naar de mening van onze fractie veel duide lijker de onderscheiden groepen moeten definiëren. Het heeft te vaak in deze raad, ook in vorige samenstelling, is het onduidelijk gebleven wat we er nu onder verstaan onder de groepen van maatschappelijke dienstver lening, het vormings- en ontwikkelingswerk etc. en het mag niet zo zijn dat de raad, die beslissingen daarover neemt, dat vervolgens naar ver schillende inzichten interpreteert en daardoor de instellingen toch in het onzekere brengt. Wij moeten er voor zorgen dat voor de volgende plan periode de veel nadrukkelijker daar eenduidigheid over hebben wat we on der die vormen van dienstverlening verstaan. Wij zullen ook op het punt van de criteria, criteria moeten hanteren die ook voor de instellingen duidelijk is. Duidelijk in de zin van dat als wij aan de ene aktiviteit een hogere prioriteit toekennen dan aan de andere, dat dan ook zichtbaar gemaakt moet worden dat zodra er bezuinigingen komen of dat daar meer financiële middelen beschikbaar komen, dat de raad in zijn besluitvorming aan de hand van die criteria tot keuze komt. Daarbij neem ik, daarvan ben ik me bewust, voorzitter, een voorschot op het maken van het plan voor de komende 4 jaar, maar ik denk dat als je kijkt naar de mankracht en de energie die plan en programma gekost hebben dat ik nog steeds van mening ben met mijn fractie, dat het in aangepaste zin een goede zaak is, maar dat we als raad er uit moeten leren wat het in het verleden heeft opgeleverd, dat we op die punten heel duidelijk moeten zijn. Toch nog een puntje en dan sluit ik daarmee af, uit de inhoudelijke discussie. Wij hebben in de commissie geconstateerd dat we in een bepaalde categorie of verschillende categorieën vorig jaar bezuinigingen hebben ingezet. Daarvan was er één bij het peuterspeelzalenwerk en we moesten constateren dat het bestuur en dat is het goed recht van het bestuur, van het peuter- speelzaalwerk tot de conclusie was gekomen dat de bezuinigingen gevonden om de klassegrootte of de groepsgrootte van 20 naar 22 te brengen, dat die onverantwoord was. Wij vinden dat je dan op die manier dan een in gezet bezuinigingsbeleid niet kunt terugschroeven. Ik wil best aannemen of ik wil accepteren, wij willen accepteren dat het de vrijheid van het bestuur van het peuterspeelzaalwerk is om te bepalen hoe groot de groeps grootte is, maar het moet dan niet automatisch worden afgewenteld in een hogere subsidie van de gemeente. Dus in zoverre wil ik mijn standpunt uit de commissie bijstellen dat naar onze mening de groepsgrootte gehand haafd mag blijven op 20, mits een evenredig bedrag aan bezuiniging dan in het werk elders gevonden wordt en dat is de verantwoordelijkheid van het bestuur van het peuterspeelzaalwerk. Voorbeelden waar dat gelukt is zijn er vele gelukkig te noemen, ook in het welzijnsproject. Ik maak dan maar tevens van de gelegenheid gebruik als reactie op datgene wat de heer Videier zegt. Ik kan me voorstellen, nee laat ik het anders formuleren. Wij zijn van mening dat de gewraakte, dat de Vredeswerkgroep geen poli tiek doel dient, in de zin van aan politieke vorming doet, wel vorming. Ik zou het hoogst ongelukkig vinden indien een aktie, die of voor hen, die het aangaat pijnlijk geweest is door de gebruikte woordkeus, dat een dergelijke aktie, een aktie waarin de vredeswerkgroep stelling genomen heeft tegen het op dat moment ingenomen standpunt met betrekking tot het ontmoetingscentrum, dat om die reden, mede om die reden de werkgroep niet voor subsidie in aanmerking zou komen. Ik denk dat de kracht van de demo cratie juist is, dat ze in leven laat diegenen die de democratie, althans de meerderheid van het tegendeel tracht te overtuigen. Met dit laatste voorzitter, kan ik u meedelen dat namens onze fractie we ons kunnen vin-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 61