-29-
king tot de opmerkingen van de heer Huijpen over het pausbezoek hebben
wij niets toe te voegen aan ons standpunt in ons antwoord in eerste in
stantie. Het voorstel van de VVD met betrekking tot het werven van kopers
voor het industrieterrein willen we eigenlijk best wel graag overnemen.
Althans de gedachte aan een bonus. We achten het alleen verstandig door
te zeggen van we reserveren ten laste van de reserves nog weer een X
bedrag. Als er de politieke wil is om dat bedrag op tafel te brengen dan
denk ik dat we dat ook bij een zorgvuldige uitwerking in bijvoorbeeld
de raadsvergadering van april ook wel zouden kunnen doen. Wij stellen
voor om in de vergadering van algemene en bestuurlijke zaken van april
met een uitwerking te komen om die gedachte van die bonus vorm te geven.
Het voorstel om eenmaal per jaar met Hunter Douglas te overleggen zijn
we niet met Hunter Douglas overeengekomen. Dus als zodanig vinden we dat
ook niet juist en niet nodig om ernaar te streven. Als er iets aan de
orde is dan weet Hunter Douglas ons voortreffelijk te vinden en daarom
vinden er ook regelmatig besprekingen plaats. Met betrekking tot schoor
steenbranden, ja, het zou een slechte brandweer zijn.mijnheer Huijpen,
die de brandresten liet zitten. Dus worden de brandresten verwijderd.
Ja, dat dat dan ook een effect heeft op het schoonmaken van de schoor
steen, dat is ontegenzeggelijk waar. Dat is meegenomen. We hebben met
betrekking tot het in rekening brengen van kosten voor de inzet van de
brandweer naar aanleiding van onze werkzaamheden in de bestuurlijke be
zuinigingswerkgroep al eens een studie gemaakt. Die mogelijkheid bestaat
niet. Als we daartoe zouden besluitendan weten we inmiddels ook uit de
praktijk, ik geloof dat Zaanstad het geprobeerd heeft of Alkmaar, dan
steekt de minister daar een stokje voor. Met betrekking tot de lokalen
van de Reginabouw is er geen reden tot verwondering bij de fractie van
de VVD, want die lokalen zijn niet om niet ter beschikking gesteldmaar
in de geest van het besluit van de raad met betrekking tot het voortbe
staan van het museum. Dan met betrekking tot die bezuinigingen, ja, ik
zou u willen vragen, de gedachten onderschrijven we wel, op de gemeen
schappelijke regelingen dus. De gedachte onderschrijven we wel. We zouden
die concrete invulling van het percentage eigenlijk graag eens in een
rustig gesprek in algemene en bestuurlijke zaken met u willen bespreken.
De subsidiëring van de Stichting Behoud Basiliek past,dachten wijniet
in de besluitvorming die wij hier aan de orde hebben. Zoals wij ook in
ons antwoord gezegd hebbenwillen we daar in de loop van 1985 op terug
komen vanwege het feit dat de toezegging die er is aan het bestuur van
de Stichting Behoud Basiliek,in 1985 afloopt. U hebt, mijnheer Huijpen,
aan het einde van uw bijdrage nog gewezen op de inbreng die er van de
zijde van uw fractie in de bestuurlijke bezuinigingswerkgroep is geweest,
maar u wekt de indruk dat er met uw suggesties niks gedaan wordt. Nou,
diverse malen zijn die aan de orde geweest en dat is bij de beide leden
van de fractie dunkt ons toch wel bekend. Er zijn ook uit de suggesties
een aantal zaken opgepakt die al tot resultaat hebben geleid. Nu is het
natuurlijk niet zo datals je indringend met allerlei zaken bezig bent»
dat je dan een lijst met 20 of 30 of misschien wel 40 suggesties.dat je
die dan onmiddellijk in zijn totaliteit kunt aanpakken, dus ik denk dat
je dat dan ook niet mag verwachten. We zijn het met u eens dat we met
die bezuinigingswerkgroep niet op dezelfde voet verder moeten, maar we
hebben de indruk dat na het nemen van de drempel van de sporttarieven
er weer te verwachten is dat we in de nabije toekomst wel weer voortva
rend verder kunnen. Met betrekking tot de inbreng van de Partij van de
Arbeid. De opmerking over het begrotingsevenwicht op middellange termijn,
daar zijn we het op zich best wel mee eens. We realiseren ons zeer wel
dat we het in de komende tijd als een hoge prioriteit zullen moeten aan
pakken, maar de heer Den Braber wil met de meerjarenbegroting zoals die