-50-
19. Voorstel tot verkoop van grond ten behoeve van het oprichten van
een transformatorstation door de N.V. PNEM/34e wijziging gemeentebegro
ting 1985 en 8e wijziging begroting grondbedrijf 1985
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
20Rondvraag
De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, in de pers bereiken ons
nogal wat berichten over de verplichtingen met betrekking tot de VVR.
Er staan belangrijke dingen te gebeuren en ik zou willen vragen of het
mogelijk is dat we tijdig geïnformeerd worden over de ontwikkelingen
die daar aan de hand zijn.
De heer VAN EIJKEREN: Ja, voorzitter, er is volgende week wat dat be
treft een belangrijke vergadering. Dat gaat om het onderzoek naar de
mogelijkheden, want meer is het nog niet, tot privatisering en ik denk
dat afhankelijk van de vordering in de onderhandelingen die er zijn,
zoals u uit de krant hebt begrepen, dat het afhankelijk daarvan goed
is om tot een rapportage aan de raad te komen. Ik weet niet welk forum
zich daar het best voor leent, misschien ABZ. In ieder geval binnen
de VVR is mijn opstelling tot dusverre geweest dat Oudenbosch geen pro
blemen heeft met het doen van een onderzoek naar de mogelijkheden van
privatisering, maar dat daarmee niet gezegd is dat wij voor die priva
tisering zijn. Dat we eerst dat hele plaatje op tafel willen hebben en
naar wat ik begrepen heb zal de vergadering van volgende week daar een
belangrijke rapportage van inhouden.
De VOORZITTER: Dat was een opstelling van u en uw plaatsvervanger
De heer VAN EIJKEREN: Ja, ja, maar dat is een uitstekend team.
De VOORZITTER: Nee, ik wees erop dat wat dat betreft het voortouw ge
nomen moest worden door de heer Klijs en dit was een opstelling van
beide kanten.
De heer KLIJS: Mag ik er wel op wijzen dat ik niet uitgenodigd werd door
de wethouder, maar wel door u, voorzitter.
De VOORZITTER: Ja, dat was door de omstandigheden.
De heer VIDELER: Ja, mijnheer de voorzitter, ik heb al eens eerder gewe
zen op het programma van dit jaar van commissievergaderingen en ja, ik
denk dat er toch hier en daar een beetje tekort wordt gedaan aan de
voorbereiding van dit soort vergaderingen. Als ik nou zie dat volgende
week dinsdag de vergadering voor specifiek welzijn en openbare werken
op een avond staan gepland, dat dat direct na Pinksteren is, dat don
derdag daar voorafgaande dus de raadsvergadering is, dan zeg ik van dan
heb ik zoveel zaken voor te bereiden, waarbij dan ook nog een Pinkster
weekend valt, dan wil ik u toch wel vragen dat programma nog eens een
keer te bekijken. Ik heb dat al op informele wijze gevraagd, maar om
dat toch nog eens een keer te bekijken.
De VOORZITTER: Ja, ik denk eigenlijk laten we nou de mogelijkheden die
we daarvoor hebben gewoon benutten. In de commissies waarin men zit en
waarin blijkt dat er problemen zijn, dan denk ik dat dat besproken moet
worden en als de commissie niet tot een andere oplossing kan komen, ja,
dan moet je het probleem niet ergens anders neerleggen, dan denk ik dat
je je gewoon moet neerleggen bij het feit dat dat probleem bestaat.
De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, dat is niet helemaal waar wat u zegt.