-37- wegen. Ik wil heel kort op uw laatste vraag reageren. Toen u met enige schroom startte, we hebben er inderdaad al zo vaak over gesproken, dat het wel kort moest blijven begrijp ik. Uw uitleg was juist. Mijnheer Van Hoek, die heeft terecht geconstateerd dat in de wijze waarop nu het systeem is opgebouwd, dat dan de eigen inbreng, de zogenaamde eigen in breng, voor binnensporten, inderdaad heel moeilijk te beïnvloeden is. Ik denk dat er, dat is correct. Ik denk dat er toch allerlei redenen voor waren om deze wijze van tariefopbouw, of langs deze weg om die te kiezen, omdat dat natuurlijk toch enige houvast bood als je de eigen inbreng van al die verenigingen naast elkaar stelde, dan bleek die zo danig verschillend te zijn en zodanig verschillend van inhoud én omvang dat het haast ondoenlijk was om op grond daarvan nog tot enig redelijk systeem te komen. Ik kom daar dadelijk nog wel even op terug als ik de heer Den Braber antwoord op zijn vragen en opmerkingen. De aandacht voor Daphnia is er zoals die er is voor elke andere vereniging. Ik twijfel daar niet aan, ik ben daar stellig in. Ik heb dat naar mijnheer Videier toe ook gezegd en u zult met mij,wij samen maken deel uit van de sportraad, daar in de toekomst de nodige aandacht voor blijven houden. De indruk die u heeft dat bezuinigingen steeds op de voorgrond hebben gestaan, die wil ik toch proberen even weg te nemen met het volgende. U moet zich realiseren dat in het voorstel zoals het nu voorligt voor het komende jaar er geen enkele sprake is van bezuiniging. Ook voor 1986 is er zoals het hier voorligt nog geen enkele sprake van bezuiniging. Ik denk wel dat wij en dat wil ik er meteen aan toevoegen, in het licht van het feit dat we een drieledig doel hebben gehad, namelijk een standaard voor de tariefsopbouw en harmonisatie in de tariefsopbouw, dat we daarnaast ook hebben gezegd in de werkgroep bezuinigingen en dat het in het gemeente lijke financiële plaatje ook hard nodig is, dat er een stuk bezuiniging in die sport moet komen, dat de dekkingspercentages waarover jaren gele den is gesproken, nogal vrij aan de krappe kant zijn en er van de zijde van de sport ook een bezuiniging gevraagd mag worden, net zo goed als van andere disciplines gevraagd wordt. Dus ik denk dat nu hier heel duidelijk alleen maar de tarieven binnen- en buitensport op de voorge stelde wijze. Dat leidt ertoe dat bij een aantal met name buitensporten en de tarieven in de komende 2 jaren fors veranderen en dat is geen be zuiniging, dat is een kwestie van een situatie die naar ons gevoel recht was via het door ons zelf gekozen systeem nu proberen in 2 jaar tijd recht te trekken. Daarmee verliezen we dan de bezuiniging op de achter grond en zo hebben we dat in de commissie ook gesteld, nimmer uit het oog, want we hebben ons dat opgelegd. De aandacht voor zelfwerkzaamheid, we hebben daar via een aparte nota eerder aandacht voor gegeven. Wij van onze kant zullen in het overleg met de diverse verenigingen indivi dueel daar de nodige aandacht aan blijven geven. De opmerking dat de gemeente eigenlijk of wij althans een kans missen om de verenigingen tegemoet te komen in de lastenverzwaring die zij ondergaan door de re- klame-opbrengsten zo karig in de richting van de verenigingen te schui ven. Ik moet u zeggen dat het natuurlijk zo is dat de vereniging een zware last heeft, maar dat u net zo goed als ik weet dat wij ook voor zware lasten staan, dat er een exploitatietekort is bij het zwembad. Dat is niet het enige. Er zijn ook exploitatietekorten elders en het is natuurlijk onze zorg om daar waar het idee gevonden is om reklame aan te brengen in de gebouwen, dat dat idee tegemoet komt enerzijds aan de inkomsten voor de vereniging, anderzijds ook een ontlasting van onze eigen problematiek van betekenis. Ik denk dat dat alleszins gerecht vaardigd is. Overigens is dat voorstel opnieuw voorgelegd, of althans is de verenigingen opnieuw de gelegenheid gegeven om reklames aan te

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 194