-27- ting besteed. Daar waar middelen voor herbezetting beschikbaar komen, is mijn opvatting dat die middelen dan ook in die sfeer besteed moeten worden. Nu ons via de ruimte die er dit jaar toevalligerwijze eens een keer de mogelijkheid bestaat om recht te doen aan de intentie die aan de verstrekking van die middelen ten grondslag ligt, vind ik dat we daarvan gebruik moeten maken. Dus dat betekent dat we niet dezelfde gul den besteden als van '83 en '84, maar dat we guldens besteden van '85, beschikbaar in '85 om aan de intentie van die verstrekking gelden recht te doen. Ik hoop nu de door u gevraagde duidelijkheid verschaft te heb ben. De heer VIDELER: Mag ik even een vraag stellen, voorzitter We hebben in '85 toch maar 10.000,beschikbaar, wethouder De heer VAN OOSTERHOUT: Structureel hebben we voor 1985 en als er niks bij komt voor '86/'87, 10.000,ter beschikking. Dat is het structu rele deel. Incidenteel hebben we ook een bepaald bedrag ter beschikking, althans hebben we van de vrije ruimte voor '85 een bepaald deel afgezon derd, zijnde de som van de in het verleden verstrekte middelen over '83 en '84. Die zijn incidenteel eenmalig te besteden. Dus die middelen van '83 en '84 die zijn incidenteel te besteden, die hebben we verder aange vuld met een stukje resterende ruimte wat we hadden, van die 40.000, om zo te komen tot een eenmalige mogelijkheid gedurende een X-tijd om het project werkwinkel te voorzien van de nodige personele capaciteit. Die is dan maximaal tot 4 jaar beperkt, 2 jaar en na 2 jaar hebben we gezegd moeten we dat in ieder geval opnieuw beoordelen. De informatie over de herbezetting in zijn totaliteit zal door mij verstrekt moeten worden en niet alleen over de besteding. Voorzitter, misschien mag ik nou vragen aan mijnheer Huijpen om dat te vertalen, want ik begrijp dat niet helemaal. De heer HUIJPEN: Ik bedoel er mee te zeggen, dus niet alleen over de middelen, maar over de totale ruimte die daarvoor beschikbaar is, zowel wat uren betreft, tijd en de manier waarop. De heer VAN OOSTERHOUT: Dat is de eigenlijke besteding die nu gepleegd gaat worden, met de herbezettingsmiddelen De heer HUIJPEN: Daar hebt u in de raadsvergadering van 14 februari, hebt u ons dat toegezegd. De heer VAN OOSTERHOUT: Nou u vindt in het voorstel onder 1.4 vindt u dat u voor die 10.000,structureel dus 6V2 formatie-uur kunt invullen en dat doen we ook in de richting van, althans dat is ons voorstel, een structureel deel naar de WNT toe en het andere deelhet incidentele deel wat beschikbaar is, dat alloceren we in de richting van werkwij zer en dat vullen dan voor wat betreft werkwijzer betreft nog aan met een stuk vrije ruimte. Dus in die zin is ten aanzien van datgene wat we er mee doen toch duidelijkheid. De heer VIDELER: Mag ik voor de verduidelijking nog een vraag stellen voorzitter De VOORZITTER: Ja, maar ik vind wel dat u uw vragen eigenlijk, als u ze stelt dan meteen duidelijk moet stellen. Iedere keer verduidelijken leidt tot tussen-discussies die denk ik de zaak ten opzichte van de an dere leden van de raad niet erg eerlijk naar u toe trekken, maar een verduidelijking nog, vooruit. De heer VIDELER: Ja, als ik geen antwoord krijg. Ik bedoel we kunnen om de hete brij heendraaien. Er zijn twee dingen gevraagd door de heer

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 184