-24-
lening buiten de exploitatie bleven. Daar heb ik geen antwoord op gehad
van de wethouder. Hij heeft het wel gehad over als dat in het verleden
opgevoerd zou worden, dan zou het tot gevolg hebben gehad dat de les
gelden waren verhoogd, maar dat gaat nu dus niet meer op. Hij heeft geen
oplossing hiervoor aangedragen. Ik denk ook niet dat hij er is buiten
de exploitatie. Ik zie ook geen mogelijkheid om dat af te lossen. Ik
denk dat dat een jarenlange zaak gaat worden. Ik heb begrepen dat in
1983 er een batig saldo was van 9.000, In '84 wordt er een batig
saldo van 16.000, Ik zou dan ook willen voorstellen om dit dus wel
ten laste van de exploitatie te brengen en dan te dekken met die winsten
die er uit komen. Verder wil ik nog even op dat punt van de herbezetting.
U vindt dat het aan het college moet blijven. Wij zijn toch van mening
dat dat project in de commissie welzijn behandeld moet worden en dat
de raad daarbij betrokken moet worden.
De heer DEN BRABER: Mijnheer de voorzitter, de wethouder laat mijn op
merkingen die ik gemaakt heb richting bestuur van de muziekschool voor
mijn rekening zo'n beetje en daar heeft hij misschien nog wel gelijk
in ook, maar alleen komen we daar niet veel verder mee. Ik vind dat
naast de voorwaarde die gesteld wordt dat uit het accountantscontrole
moet blijken dat er geen verdere verplichtingen en lasten meer zijn,
dat het college het bestuur van de muziekschool maar eens niet in de
blauwe kijkers moet kijken en daar goed duidelijk moet maken dat er
maatregelen genomen dienen te worden binnen dat bestuur om te voorkomen
dat we dergelijke zaken in de toekomst ooit nog eens tegenkomen. De
werkwinkel, had ik daar nog wat over Eigenlijk niet. Ik heb in eerste
instantie vergeten te vermelden, voorzitter, dat een onderzoek van de
jeugd- en jongerenraad Noord-Brabant, wat nog niet zo lang geleden ge
houden is, uitgewezen heeft dat van de doelgroep, dus potentieel, werk
loze jongeren langer dan 6 maanden werkloos, tot en met 24 jaar, dat
daarvan nog niet de helft eigenlijk geïnteresseerd is in dergelijke pro
jecten en dat er van het restant, dat daarvan weer de helft, dus een
kwart van het totaal, eigenlijk veel liever werkervaringsprojecten bin
nen de eigen opleiding heeft, binnen echte bedrijven, al dan niet met
onkostenvergoeding boven op hun uitkering, dat maakt ze niet zo veel
uit, maar gewoon in opvolging van de opleiding die afgemaakt is, binnen
de reguliere bedrijven die werkervaring opdoet. Daaruit concludeer ik
dus dat wij van de doelgroep een heel stuk niet bereiken met dit pro
ject. Zou het nou niet zo kunnen dat wij als gemeentebestuur het initia
tief nemen om eens in overleg met de organisaties van werkgevers en
werknemers, die hier plaatselijk aktief zijn, eens te wijzen op dit punt,
mogelijk knelpunten daarbij op te sporen en eens te kijken of wij op
enigerlei wijze als gemeente een stimulerende rol kunnen vervullen, dat
die werkervaringsprojecten die bij bedrijven zelf ook van de grond komen,
de kranten staan er vol van, van jeugdwerkplannen, banenplannen, stage
banenplannen en zo, maar of het allemaal echt ingevuld wordt en zoden
aan de dijk zet, daar hoor ik niet zoveel over. Daar lees ik nooit zo
veel van. Dat was het voor de tweede termijn.
De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, met betrekking tot die her-
bezettingsgelden, daar blijft voor onze fractie toch een wat warrige
zaak en we hebben er ook geen duidelijk antwoord op gekregen van de wet
houder. Nogmaals, u citeert aan de raadsvergadering van 14 februari.
Daar zijn die middelen in het totale programma opgegaan, maar besteed
aan andere doeleinden dan herbezetting. Nu zijn ze weer beschikbaar.
Dan vraag ik mij af: Waar komen die dan vandaan, want ze waren besteed
Dus wanneer ze dan ergens vandaan gehaald worden dan is het toch zo dat
daar dus weer een gat moet ontstaan. Ik kan me dus logisch redenerend
niet aan die indruk onttrekken. Dan met betrekking tot die informatie