-3- het kader van de voorbereiding voor een eventuele privatisering en het inhoudelijk dermate belangrijk was dat een vervanging noodzakelijk werd geacht, toen is de heer Klijs daar wel voor benaderd en hij heeft die benadering ook namens de gemeente bijgewoond. Dus dat is de reden. De dagelijks bestuur-vergaderingen worden in principe altijd aan het slot van een vergadering wordt in overleg een nieuwe datum vastgesteld en levert veel minder problemen op. De heer KLIJS: Dat betekent niet, voorzitter, dat het benoemen van een vervangend lid en het optreden van het vervangend lid alleen maar aan de orde is als de werkelijke afgevaardigde van mening is dat het van belang is om hem daarvan in kennis te stellen. De heer VAN EIJKEREN: Nou het is, ik denk dat het formeel correct is de opmerking die de heer Klijs maakt, want hij stelt wel een vraag, maar ik beluister het toch meer als een opmerking. Ik denk dat het in principe goed is om altijd de plaatsvervanger er van in kennis te stel len dat ik niet in de gelegenheid ben, maar van de andere kant vind ik het wat onnodig als er slechts een aantal formaliteiten aan de orde zijn, om daarvoor de plaatsvervanger, om daar druk uit te oefenen om de verga dering bij te wonen. De VOORZITTER: Maar, is het dan niet goed wethouder, om dan nu af te spreken om het al dan niet bijwonen van een vergadering in onderling overleg vast te stellen, maar als principe te kiezen dat de door de raad aangewezen plaatsvervanger benaderd wordt als u niet in de gelegenheid bent om de vergadering bij te wonen De heer VAN EIJKEREN: Ik heb daar geen moeite mee. De heer VAN HOEK: Ja, voorzitter, bij punt 11 van het schrijven van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële Adviezen, daar wordt nog eens gewezen op de achterstand in de rekeningen. Onder andere de reke ningen '81 en '82. Kunt u mededelen in hoeverre wij nog op schema zit ten, of dat het nog langer gaat duren en we hebben in de rekeningscom missie de rekening '80 onderzocht. Wanneer is de voorlopige vaststel ling in de raad te voorzien De VOORZITTER: Dat laatste daar verrast u me mee, dat kan ik u niet zeg gen, maar met een telefoontje morgen naar de secretaris zal hij zich waarschijnlijk graag van zijn adviserende taak kwijten. Met betrekking tot het eerste is het zo dat we niet op schema liggen, niet helemaal op schema liggen, maar het is zo dat de rekening '81 klaar is. Daar wordt de allerlaatste hand, maar dat is een kwestie van een dag of twee dagen, gelegd aan de toelichting. De rekening '82 is voor een goed deel klaar. De rekening van de takken van dienst, nee de rekening van de be drijven, die zijn geloof ik helemaal klaar, algemene dienst is een fors eind gevorderd. Er zijn ook onderdelen waarop men al, met staatswerk bijvoorbeeld, waarop men al met '83 bezig is. Het is zo dat wij naar aanleiding van de situatie en omdat we vinden dat we toch de doelstel ling moeten halen, wethouder Van Oosterhout opdracht hebben gegeven vanuit het college om de materie eens te gaan bespreken en ik neem aan dat dat op korte termijn plaatsvindt en zo dat tot resultaten leidt dan zult u van die resultaten in ieder geval horen. Het is niet verontrus tend van het schema af, maar ik kan ook niet zeggen dat het precies op schema ligt. De heer VAN OOSTERHOUT: U stelde deze materie, maar dan is de materie, als ik dat even mag toelichten, vooral met betrekking tot voor zover

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 160